‘Als je met topproducten werkt, gaat de kwaliteit ook omhoog’

Algemeen
Gery Bruinenberg met dochters Ines en Loes.
Gery Bruinenberg met dochters Ines en Loes. (Foto: vincentdevriesfoto.nl)

ALKMAAR - Het is 1972. Niemand kijkt vreemd op als bezoekers hun auto’s parkeren op de Gewelfde Stenenbrug en Waagplein. De Mient is een B-locatie en van een andere orde dan de Langestraat of Laat. En juist daar begint Jaap Kaandorp zijn ijssalon, met één soort ijs: vanille.

Dochter Gery Bruinenberg-Kaandorp herinnert zich die tijd nog goed. “Ik was 12 jaar toen ik in de zaak kwam. Mijn zussen Agnes en Elly werkten al eerder in de salon, dus toen ik erbij kwam runden we de ijssalon met drie zussen. Ik weet nog goed dat we de smaken uitbreidden met mokka en bosbessen. Later werden dat er zelfs negen, maar mijn vader was aannemer en dus handig genoeg om de toonbank aan te passen voor al die soorten ijs. Het was natuurlijk lang niet zo druk als nu en je wist vaak precies wie wanneer ijs kwam halen en welke smaak ze wilden. En stond er plotseling iemand voor de deur terwijl we eigenlijk al dicht waren? Ach, kom nog maar even binnen, zeiden we dan en openden de salon gewoon nog even.”

Verse melk en fruit

Inmiddels werken maar liefst 45 parttimers bij IJssalon de Mient, waarvan zes ijsbereiders. Elke dag wordt het ijs vers gemaakt. “Dat begint met acht emmers verse melk die we elke ochtend bij een boer in Warmenhuizen ophalen. We vinden het belangrijk om zoveel mogelijk met lokale ondernemers samen te werken”, zegt Loes Bruinenberg, dochter van Gery. Zus Ines werkt ook in de salon en in 2024 nemen ze het bedrijf van hun moeder over. “Het verse fruit dat we voor ons ijs gebruiken, kopen we o.a. bij groente- en fruitwinkel Kropsla in de Hekelstraat. De smaak en kwaliteit van het ijs is enorm verbeterd en blijft zich ontwikkelen. 

‘Zó lekker!’

Net als een chef-kok is ijs maken een vak en zijn er zó veel knoppen waaraan je kunt draaien die invloed op de smaak hebben. Bij een topsalon in Rotterdam hebben we eens chocoladeijs met chili geproefd... zó lekker! Dat probeerden we dan net zo goed na te maken, maar dat is echt lastig omdat het steeds nét anders werd. Dat maakt het vak ook gewoon fantastisch, je hebt zelf veel invloed op de kwaliteit.” Ines: “Als je zo lang in het vak zit, zie je al snel het verschil tussen home made en ijs dat rechtstreeks uit de fabriek komt. De kleur en structuur van het ijs zeggen veel over de ingrediënten waarmee gewerkt wordt. Als je met topproducten werkt, gaat de kwaliteit ook omhoog. Zo eenvoudig is het en daarom werken we elke dag hard om nóg betere producten te maken.”

Duitsers

Wie echte ijseters zijn? Loes kent geen twijfel: “Duitsers!”. Als ze ijs eten gaat ze er ook écht voor en bestellen vaak een ijscoupe in plaats van een of twee bolletjes. We hadden laatst nog Italianen op ons terras op de brug. Die spraken geen woord Engels, maar hun duimen gingen omhoog terwijl ze naar het ijs wezen. Dat maakte me toch wel een beetje trots.” Ines: “Dat terras is overigens superfijn. Daar zit je heerlijk met je ijs, koffie of taartje, terwijl je naar de bootjes in de gracht kijkt. Op het terras leren onze medewerkers ook op welke manier ze omgaan met klanten. Sowieso zijn we met het team bezig om onszelf door te ontwikkelen. Plannen zat! Zo zouden we bijvoorbeeld graag meer laten zien van de ijsbereiding. Het lijkt ons geweldig als klanten daar veel meer van zien. We zouden ook liever een bredere entree hebben, maar dan moeten we misschien verhuizen naar een andere locatie, terwijl we hier natuurlijk fantastisch zitten. Wat zeker nog jaren hetzelfde blijft is de bel aan de gracht waar bootjesvaarders, kanoërs en suppers aan trekken als ze zin in ijs hebben. Wat nog meer blijft? De tomeloze energie om onze producten steeds beter en lekkerder te maken. Stilstaan is geen optie, dus we blijven lekker in beweging. Kom maar op met die volgende vijftig jaar!”