Christine Otten: “Dat heb je nodig: dat iemand iets in je ziet’’

Algemeen
Christine Otten is behalve schrijver ook presentator en programmeur van Noorderwoord.
Christine Otten is behalve schrijver ook presentator en programmeur van Noorderwoord. (Foto: Rodi Media/KK)

AMSTERDAM-NOORD - Ze is de gangmaker, het hart en de ziel van Noorderwoord, dat regelmatig plaatsvindt in het Zonnehuis in Tuindorp Oostzaan. ,,Een klein wonder dat het al negen jaar een succes is,’’ zegt Christine Otten (1961). ,,Het stond leeg en ik wilde zoiets als de feestavonden van mijn vaders voetbalclub in Deventer, heel gevarieerd, maar op goed niveau: literatuur, verhalen en variété.’’ 

Door John Jansen van Galen

Dat is gelukt: schrijvers als Hannah Bervoets en Thomas Verbogt, cabaretiers als Sanne Wallis de Vries en Loes Luca, acteurs als Derek de Lint en Monique Hendrix stonden er al op het podium. ,,En iedereen wil terugkomen, in dat fantastische theater.’’ Ook ‘zonder noemenswaardige PR’ zit het altijd vol en als Noorderwoord even niet op het programma staat vragen de Tuindorpers wanneer er weer een aflevering komt.

Otten is behalve schrijver (o.m. De laatste dichters, In wonderland, We hadden liefde, we hadden wapens, Een van ons) presentator en programmeur van Noorderwoord.

,,Het mooist vind ik de verhalen van bijzondere Noorderlingen. Daar sturen we iemand op af, een toneelschrijver maakt er een tekst van en in het Zonnehuis vertelt een acteur hun verhaal na. Zoals: hoe Tuindorpers in oorlogstijd op de NDSM-werf de machines onklaar maakten en in het Zonnehuis verstopten om ze na de bevrijding weer te installeren.’’

Gevoelig voor geluid

Ze maakt Noorderwoord in samenwerking met SLAA, Stichting Literaire Activiteiten Amsterdam, maar: ,,Inhoudelijk is het echt van de buurt. Het roept het collectieve gevoel op: dit is van ons. Dat publiek is mijn favoriet, zo belangstellend, zo warm.’’

Zelf woont ze nu 15 jaar in Tuindorp Oostzaan, na 20 jaar in de Baarsjes krap behuisd te zijn geweest, op 70 m2. ,,Dat benauwde woninkje bracht toen evenveel op als dit ruime huis in Noord kostte.’’ Zij en haar man hadden eerst het oog op een pand in de Bijlmer, maar daar denderden in een uur 20 vliegtuigen over. Hier in Noord nooit, behalve in de laatste weken toen het luchtverkeer boven Tuindorp ineens toenam. ,,Sommigen hebben daar geen last van, maar ik ben nogal gevoelig voor geluid.’’

Haar huis staat (‘tien minuten lopen van de pont’) op het terrein van het voormalige openluchttheater, ook bekend als ‘het hoge land’, waar het leven van Peter Faber ‘gered werd’ toen hij als jongen van 15 de kans kreeg op het podium te staan. Er is veel groen om de huizen heen, en ze betreurt dat er zo ruim niet meer gebouwd zal worden: de grond werd te duur. ,,Ik ben zo blij met zoveel ruimte!’’ De tuinen zijn gemeenschappelijk, en dat vindt Otten ‘wel gezellig’.

Echt aardig

,,Ik was zo blij dat ik weg was uit de stad,’’ zegt ze. ,,Ik voelde mij hier meteen thuis. De Tuindorpers zijn echt aardig en bemoeien zich ongevraagd met elkaar. Ik ben volks opgevoed en vond dat meteen fijn. Vlakbij in de Molenwijk is een lelijk winkelcentrum waar je ’s zaterdags een broodje haring met Jan en Alleman eet op een soort dorpsplein. Dat geeft een heerlijk thuisgevoel.’’

De stad uit gebonjourd

Op haar 17de kwam ze voor het eerst in Noord, bij de schrijver en linkse revolutionair Sal Santen over wie ze als scholiere een werkstuk maakte. ,,Hij had meteen door dat ik schrijver wilde worden, gaf ongevraagd tips. Dat heb je nodig: dat iemand iets in je ziet.’’

‘Zorglijk’ vindt ze de ‘gentrificatie’ die ze om zich heen ziet: ,,Kinderen van oorspronkelijke bewoners die niet meer in Tuindorp kunnen wonen en de stad uit worden gebonjourd. Vroeger trok men ook naar Almere of Hoorn, maar om zich te ‘verbeteren’. Nu kun je niet verbeteren, er wordt je ingepeperd dat je niet meer meetelt. Dat is dan de vrucht van 40 jaar neoliberaal beleid.’’

Volop schrijftalent in detentie

Otten raakte ook betrokken bij literaire activiteiten van en voor gedetineerden. ,,Het begon met een schrijfworkshop van Exodus, opvanghuis voor mensen die uit de gevangenis komen. Daaruit kwamen mijn Gevangenismonologen voort, Ik schreef een reportage voor Vrij Nederland over de gevangenis in Heerhugowaard, wilde er niet meer weg en startte een schijfworkshop. Zo leuk. Dan zie je echt wat literatuur vermag: mensen in detentie creatief laten schrijven en daarmee de gangbare literatuur te beïnvloeden. Ik heb het nodig, word er gelukkig van: wat er in detentie gebeurt, hoe daar gepraat wordt. Er zijn zoveel getalenteerde mensen daarbinnen en het speelt geen enkele rol dat ik een schrijver ben. Niemand hoeft zich van mij ook te verbeteren. En ik kom er altijd vrolijk vandaan.’’

Plan voor boek

Die inspiratie zet zich, ook in Lelystad en Vught (en wellicht binnenkort in Veenhuizen) voort in Stichting Blocknotes, waarin gedetineerden samenwerken met gevestigde schrijvers. Toen in coronatijd de contacten schaars werden, rijpte het plan voor een boek dat dit najaar zal verschijnen, met bijdragen van tien schrijvers van ‘binnen’ en tien van ‘buiten’ (onder meer Lale Gül, Marjolein van Heemstra, Raoul de Jong).

,,Iedereen maakte iets speciaals. Een heel werk nog, want communicatie met ‘binnen’ verloopt soms moeizaam.’’ Gevangenispost is de titel.