Column van stadsdeelbestuur

Als kind was ik gefascineerd door schakers die verschillende partijen tegelijk konden schaken. Zelf ben ik niet verder gekomen dan potjes op school of tegen de computer. Maar na de eerste honderd dagen als bestuurder in Noord begint het werk wel wat te lijken op dat simultaan schaken.

Een van de meest lastige schaakborden is die van Sprong over het IJ. Want het is wat ons betreft geen kwestie van of, maar wanneer de bruggen er komen. Vorige week werd duidelijk dat het college heeft besloten het gereserveerde geld voor de bruggen anders in te zetten volgend jaar. In het voorjaar van 2023 worden de gesprekken gevoerd over welke grote investeringen Amsterdam kan doen komende jaren. Voor de Sprong over het IJ moeten we komende maanden zorgen dat we aan de goede tafels gezien en gehoord worden om te zorgen dat de bruggen er uiteindelijk komen.

Dat zijn niet alleen gesprekken binnen Amsterdam. We zullen de komende jaren ook meer met Den Haag moeten gaan praten. Hier worden we nog niet genoeg gezien en gehoord als het gaat over de noodzaak van goede verbindingen. Het Rijk betaalt mee aan de infrastructuur die nodig is voor de woningbouwopgaven. Maar om een of andere reden belanden al die rijksmiddelen niet Amsterdam Noord. Dat geldt overigens niet alleen voor infrastructuur, maar ook voor de Focusgelden waarmee Den Haag meebetaalt aan het vergroten van de kansengelijkheid voor jongeren. Zie hier, een aantal tafels waar we als Noord gezien en gehoord willen worden.

Een partij waar het wel goed loopt is die van de regiodeal ZaanIJ. Maandag 3 oktober kwam de minister van Binnenlandse Zaken, Hanke Bruins-Slot, op bezoek. De minister kwam de resultaten bekijken van de regiodeal; een deal waarin we samenwerken met Provincie Noord Holland en de gemeenten Zaanstad en Oostzaan. Met het geld van de regiodeal hebben we onder andere in Noord een mooi en groen schoolplein en voedselbos kunnen bouwen in de Molenwijk.

Het uitbouwen van de regiodeal en het binnenhalen van een volgende regiodeal zijn ook weer van die schaakborden waar we de komende maanden zoet mee zullen zijn. Maar ik begrijp ook wel dat u zich afvraagt wat al deze schaakpartijen nu voor de bewoners van Noord betekenen. En dat is best wat. Want als we er in slagen om beter de aandacht te vestigen op Noord betekent het concreet dat we meer geld hebben voor Noord. Voor betere verbindingen, opgeknapte straten, ondersteunen van sociale partners en meer geld voor het opknappen en verduurzamen van woningen. Dat is niet alleen zeer welkom, maar vooral heel hard nodig.

Column van stadsdeelbestuur