Vijftig tinten groen in Noord no. 19

Algemeen
Afbeelding
(Foto: aangeleverd)

Novembergroen, ondanks de eerste nachtvorst is het er nog. Toch is novembergroen vooral verdwenen groen. Nachtvorst – er schijnt meer aan te komen – vind ik fascinerend. 

Er is groen dat meteen als een plumpudding inzakt. Iedereen die Oost-Indische kers in zijn tuintje had staan zal dat beamen. Eén nachtje vorst, en weg is het. Een gele snotterige brei blijft over. Tomatenplanten, dahlia’s, allebei planten uit streken zonder vorst en allemaal in één nacht ‘poef’ van groen naar bruin. 

In de moestuinen staat nog wat wintergroen. Vroeger de enige verse groente die je nog kon eten na de nachtvorst. Staken van de spruiten staan als bellenstokken nog stevig groen overeind, de boerenkool lijkt wel van vorst te houden en ook de winterprei heeft er niet al teveel moeite mee. 

Sommige mensen maken de rest van hun tuintje in november lekker strak ‘winterklaar’. Bruine restanten weg, hark erdoor, kaal en zwart. Jammer, want dat ogenschijnlijk slordige verdwijngroen heeft een belangrijke functie om de grond en alles wat daar nog leeft te voeden en beschermen als het echt winter wordt.

Gelukkig is er ook in het openbaar groen steeds meer aandacht voor het nut van dit verdwenen groen. Waar insecten en egels in schuilen en wormen onder de grond van leven. 

Sterker nog: als je een rommelig veldje dode stengels en oud blad laat staan, heb je meteen een insectenhotel en wormenhotel in één. 

Dus fiets ik door Noord en zie ik zo’n pluk verdwenen groen bruin en slordig staan, dan zie ik toch vooral het leven dat bezig is lekker lang te slapen of hun eigen hotel langzaam op te eten.

Nancy Wiltink, urban farmer

www.moestuinschoolamsterdam.nl

Tips voor onterecht onopgemerkt groen zijn welkom op info@moestuinschoolamsterdam.nl

Column 50 tinten groen