Gastcolumn Duinstichting

Natuurgids Jos Veel uit Schoorl over groene longenbos

Algemeen
Afbeelding
(Foto: aangeleverd)

Natuurgids Jos Veel is geboren in Alkmaar aan de Oudegracht in 1945. Al bijna een halve eeuw bewoner van Schoorl en Schoorlse Duinen. Tien jaar lang heeft hij als natuurgids bij Staatsbosbeheer flora en fauna in de duinen met allerlei groepen bezocht. Jos was 25 jaar schipper van twee master-zeilclipper ‘Viking’, waarbij met allerlei groepen zoals Lionsclub, voetbalvereniging Duinrand S, diverse families, sportclubs en vrienden is gevaren op de Wadden en binnenwateren. Daarnaast deed Jos 35 jaar onderwijservaring op als MBO-docent in diverse vakgebieden. Nu is hij onder meer watertaxischipper in Hoorn, voor Vogelbescherming Nederland wetlandwacht in de Harger- en Pettemer polder, waaronder de Putten. Ervaring en kennis en wandelervaring heeft hij samengebracht in het Schoorls Wandelboekje, inmiddels tweede druk, met als primeur de Teun de Jager-wandelroute van de historisch werkgroep Teun de Jager die officieel pas in 2024 van start gaat bij het ten doop houden van het beeld van Teun op het plein aan de voet van het grote Klimduin in Schoorl.

‘Bomen in de Schoorlse Duinen geven zuurstof, koelte, zuivering en rust’

Wulp, nachtzwaluw en zandhagedis

Jos Veel: ‘Veranderingen in de natuur geven altijd spanningen. Een metafoor voor het leven, maar ook een natuurproces, waarbij altijd ontwikkeling plaatsvindt in de kalkarme duinen langs de zeereep tot aan Den Helder. Een duinrand met een zeldzaam N2000-ecosysteem. De houtvester was verantwoordelijk voor onderhoud en plichtmatig dunnen van de bossen. De boswachter daarentegen monitorde planten en dieren, ging stroperij tegen, bewaakte de meeuwenkolonie en sprak bezoekers aan als ze buiten de paden liepen en wees ze op de kwetsbare soorten, zoals de wulp, die zeer kwetsbaar was voor verstoring, vertelt landschapsecologe Marie-José Stoop, geboren en getogen Groeter. Net als haar vindt Jos het vernielen van grote unieke bossen in de wereld dan ook verschrikkelijk. Tenslotte geven bomen zuurstof, groene longen, veel voedsel en zorgen voor koelte, zuivering en rust.

Jos wijst op de bosbranden in Australië en niet te vergeten in Californië. Maar ook Schoorl is drie keer geteisterd door branden in 2009, 2010 en 2011, waardoor veel bos verloren is gegaan, dat niet is vervangen. Jos heeft vertrouwen in herstel van unieke mossen en heidevelden, die de mogelijkheden voor nachtzwaluw en duinhagedis vergroten, en geen gevaar voor stuifzand (voor o.a. fietsers en wandelaars) zullen vormen

Koekoek, vleermuis, eekhoorn, boommarter en Dennenorchis

Geniet daarom van de bossen in de Schoorlse Duinen net als bijna drie miljoen jaarlijkse bezoekers. Des temeer omdat de Schoorlse Duinen dieren en planten daar zoveel te bieden hebben. Bij het Van Steijnbos waren voor de kap nog 169 verschillende paddenstoelensoorten te zien. Gelukkig zijn die nog te bewonderen in de andere bossen, zoals het Frederiksbos en het Baaknolbos. Niet voor niets zijn de Schoorlse dennenbossen aangewezen als één van de meest unieke paddenstoelengebieden van Nederland en zo herbergen de duinen meer geheimen. De koekoek gaat landelijk gezien achteruit, maar kun je juist in de Schoorlse Duinen op veel plekken horen roepen in de bosranden en de aanliggende heide met opslag, zoals in en rond het Leeuwenkuilbos. Het geheimzinnige nachtelijke geluid van de beschermde nachtzwaluw kun je in het broedseizoen sinds jaar en dag horen bij het Baaknolbos. Tel daarbij op de vele soorten vleermuizen die je in de schemering ziet uitvliegen, de eekhoorns die zich voorzichtig lijken te herstellen en de boommarter die steeds vaker gezien wordt door wandelaars. Beide dieren profiteren van de grote oppervlakte aan aaneengesloten bos in de binnenduinrand.

Eldorado

Jos Veel: ‘Als je geluk hebt zie je al wandelend een wegschietende zandhagedis en voor de floraliefhebber is de bijzondere Dennenorchis een lust voor het oog. Kortom, het is hier een Eldorado. Het bos als beleving raad ik iedereen aan. Veel daarvan is terug te vinden in mijn Schoorls Wandelboekje.’

De column is na te lezen op www.schoorlsebosmoetblijven.nl

Afbeelding