GGD column: ‘Ik ben gestopt’

Partnerbijdrage
Bert van de Velden
Bert van de Velden (Foto: Melanie Caitlin)

Ik kom uit een generatie waarbij de leraar op school nog voor de klas een sigaret opstak en thuis werd gerookt. Als er visite kwam, stonden er sigaretten en sigaren op tafel. Aan het eind van de avond was de lucht te snijden. Het staat mij nog goed bij dat toen ik naar de middelbare school ging, we elke dag met een vast groepje daar naartoe fietsten. Ria een meisje uit mijn klas, liet zich ontvallen dat zij een pakje Belinda bij zich had en vroeg of wij ook zin hadden om te roken. We stapten van de fiets af, staken tussen de bosjes de sigaret aan en voelden ons daarna stoer en niet lekker. Dat schooljaar werd dat een traditie.

Er waren wel momenten waarop twijfel bestond hoe goed ik eraan deed om aan deze gewoonte vast te houden. Je merkte echt wel dat je conditie er onder leed, maar de sociale druk om mee te doen was – net als bij het drinken van een biertje – groot. Dat zette zich voort toen ik ging werken. Op elk bureau stond een asbak en de kantoortuinen stonden blauw. Wel begonnen steeds meer mensen zich te verzetten tegen deze ongezonde gewoonte en niet in het minst omdat men er last van had. Compromissen werden gesloten en sommige werkplekken werden rookvrij, maar op andere plekken werd dan weer meer gerookt.

Af en toe waren er momenten dat er verstandige beslissingen werden genomen. Dan stopte je, om kort daarna weer net zo makkelijk in het oude patroon te vallen. Tot ongeveer 15 jaar geleden. Ik was net terug uit Belfast in Noord Ierland waar ik had ervaren hoe het was dat je nergens meer mocht roken. Je voelde je als roker een beetje een paria als je buiten in de kou in een hokje met elkaar stond te dampen. Thuis bleek dat bij mijn oudste broer longkanker was vastgesteld en kort daarna overleed hij. Mijn vader stelde mij de eenvoudige vraag “waarom rook jij eigenlijk nog”? Ik wist mij daar eigenlijk geen goed raad mee en na een nachtje hierover gepeinsd te hebben besloot ik abrupt en absoluut ermee te stoppen.


Elk uur van de dag kroop voorbij. Ik telde de uren dat ik geen sigaret had opgestoken. Toen ik aan het eind van de dag thuis kwam na het werk, kreeg ik een belangstellende vraag waarop ik geprikkeld gereageerde. De reactie die daarop volgende was “oh, je bent gestopt”. Maanden heeft het geduurd voordat ik mijn goede en optimistische humeur weer terug had. Mijn omgeving heeft wel wat te stellen gehad, maar ik houd iedereen en mijzelf voor ogen dat dit voor een goed doel was. Namelijk het stoppen met een voor jezelf en de omgeving ongezonde gewoonte, die niet alleen een aanslag is op je lijf, maar je ook voor andere ziekten kwetsbaar maakt. 

Ik ben er blij mee dat ik niet continu hoef na te denken of ik een sigaret bij de hand heb en onze woning er nog steeds fris uitziet. En weet na een week stoppen is je lichaam er aan gewend. Dus de drang om te roken zit daarna tussen je oren. Dan zeg ik tegen me zelf “wie is daar de baas”? “Ik zelf toch?” Neem het heft in eigen hand. En als je hulp wil, maak gebruik van de ondersteuning die je kunt krijgen en gratis beschikbaar is voor iedereen!

Bert van de Velden.

Stoptober.nl


Afbeelding
Afbeelding