Beschikbaarheidsdiensten aan te merken als arbeidstijd mede door ‘pieperdruk’?

Partnerbijdrage
Beschikbaarheidsdiensten aan te merken als arbeidstijd mede door ‘pieperdruk’?
Beschikbaarheidsdiensten aan te merken als arbeidstijd mede door ‘pieperdruk’? (Foto: AdobeStock)

Zorgpersoneel krijgt vaak te maken met bereikbaarheidsdiensten of aanwezigheidsdiensten. De woorden zeggen het al. Tijdens een aanwezigheidsdienst dient de werknemer aanwezig te zijn op de werkplek voor het geval zij worden ‘opgepiept’ en tijdens een bereikbaarheidsdienst moet de werknemer bereikbaar zijn voor het geval hij of zij wordt opgeroepen, maar dan vanaf een andere plek dan de werkplek. Daarbij wordt een maximale tijdsperiode afgesproken om op de oproep te reageren. Bij beide diensten moet de werknemer stand-by staan, maar beide diensten worden verschillend beloond door de werkgever. 

Recent speelde een kwestie bij het gerechtshof in Arnhem-Leeuwarden. Ambulancepersoneel kreeg een aanwezigheidstoeslag van 70 procent op het uurloon voor de gemaakte arbeidsuren tussen 23.00 en 08.00 uur. De toeslag voor een verrichte bereikbaarheidsdienst is slechts tussen de € 1,56 en € 3,03 per uur. Een aanzienlijk verschil dus. In deze kwestie pleitte het ambulancepersoneel ervoor om de bereikbaarheidsdiensten aan te merken als arbeidstijd in de zin van de Arbeidstijdenwet- en regelgeving, waardoor de bereikbaarheidsdiensten gelijk kunnen worden beloond als de aanwezigheidsdiensten.

De vraag of de bereikbaarheidsdienst van zodanige invloed is op de invulling van de vrije tijd, waardoor het als arbeidstijd moet worden gezien, beantwoordde het hof aan de hand van alle omstandigheden van het geval. Het ambulancepersoneel kan maximaal voor twee bereikbaarheidsdiensten per week worden ingeroosterd, wat betekent dat zij slechts eens dan wel twee keer per week deze pieperdruk ervaren. Deze pieperdruk is daarbij volgens het hof een subjectief onderdeel, wat niet van doorslaggevende betekenis kan zijn. Daarbij werd ook overwogen dat de frequentie van het daadwerkelijk worden opgeroepen bij het ene team gemiddeld eens per vier weken is en bij het andere team eens per zes weken. 

In vergelijking met de beperkingen tijdens een aanwezigheidsdienst zijn de beperkingen tijdens de bereikbaarheidsdienst van onvoldoende gewicht om dit gelijk te stellen. Er is geen sprake van een verboden onderscheid tussen de twee diensten. Wat voor zorgpersoneel het nadelige gevolg heeft dat bereikbaarheidsdiensten, ondanks de ‘pieperdruk’, niet kan worden aangemerkt als arbeidstijd en dus niet gelijk kan worden beloond als de aanwezigheidsdiensten.

Astrid Lof - Schipper en Lof Advocaten