Haarlem kleurt oranje voor Orange the World

Algemeen
Haarlem kleurt oranje voor Orange the World.
Haarlem kleurt oranje voor Orange the World. (Foto: Ron Moelijker)

HAARLEM - De Orange the World-campagne, waarbij verschillende gebouwen van over de hele wereld oranje kleuren, is ook in Haarlem van start gegaan. Doel van de actie is aandacht te vragen voor het geweld tegen vrouwen. 

De aftrap van de Haarlemse versie van Orange the World werd gedaan door burgemeester Wienen. Vanaf het terras van DeDAKKAS verlichtte hij de toren van de Grote of St. Bavo.

Haarlem doet voor het zesde jaar mee aan Orange the World. De campagne loopt van 25 november, de Internationale Dag tegen Geweld tegen Vrouwen, tot 10 december. Die hele periode staan een aantal markante gebouwen in Haarlem, maar ook in Heemstede, Bloemendaal en Velsen in het oranje licht. “De kleur oranje staat hierbij symbool voor een hoopvolle toekomst, vrij van geweld tegen vrouwen en meisjes”, zo legt de organisatie uit. “Bekend is dat één op de drie vrouwen in haar leven met fysiek of seksueel geweld te maken heeft. Dit is onacceptabel en moet een halt worden toegeroepen.”

Blijf signaleren

Dat de campagne nog steeds nodig is, werd duidelijk door de verhalen van de sprekers bij DeDAKKAS. Zo sprak Jiska Vijselaar namens de vier organiserende vrouwenorganisaties. “Ik ben een van die drie vrouwen.” Ze vertelde over de mishandeling en aanranding die ze vroeger meemaakte, door een bekende. “Ik ben nog nooit zo bang geweest. En niemand die er begrip voor had. Het is 33 jaar geleden maar het lijkt gisteren.” 

Gastspreker Abbie Chalgoum, acteur en docent aan het Nova College, vertelde dat hij als peuter met zijn familie uit Marokko naar Nederland kwam. Zijn vader sprak niet met woorden maar voornamelijk met zijn handen. Zijn nu volwassen zusje heeft de kracht nog niet om voor ons haar verhaal te doen. Zijn moeder spreekt de taal niet en daarom vertelde hij namens deze vrouwen hun verhalen. “Mannen moeten beginnen om het geweld tegen vrouwen te stoppen. Er moet over gepraat worden, er lopen nog zoveel kleine Abbies rond.” 

Hij las een stukje uit zijn boek ‘Ik blijf bij je’ voor, over zijn kleine zusje Latifa, die op de basisschool meedeed aan een actie voor Unicef, maar de tijd vergat. Zij moest altijd vanuit school rechtstreeks naar huis. Helaas was haar vader eerder thuis dan anders. Al snel kreeg ze klappen, met zijn vlakke hand in haar gezicht. Abbie vertelt over de gloeiende vleesspiezen die zijn vader op haar voeten legt, over zijn vluchtende en angstige zusje, over de sterke greep van zijn vader, en over zijn eigen machteloosheid. De buurman bonkte op de muur en schreeuwde: “ophouden of ik bel de politie!” Abbie had zo gehoopt dat die buurman iets zou doen. Dat men op school iets zou zien, iets signaleren. Daar draait het om. Niet om het oplossen, dat vraagt hij niet. Maar wel om signaleren. “Nu, 30 jaar later, hebben we nog zoveel last van geweld tegen vrouwen. Er zijn nu wel meer mogelijkheden om het naar buiten te brengen. We hebben elkaar nodig.” 

Persoonlijke verhalen

Burgemeester Wienen was net als iedereen geschokt. “De praktijkverhalen die ik gehoord heb, brengen de problematiek op een ander niveau, de ernst van de problematiek wordt zo wel heel duidelijk.” Ook hij onderstreepte hij het belang van signaleren. Bij Veilig Thuis in Haarlem komen meer dan 1000 keer per jaar signalen binnen, voornamelijk van hulpverleners en artsen. Het signaleren door de mensen zelf neemt toe, met verzoeken om hulp aan Veilig Thuis. 

De burgemeester is persoonlijk erg betrokken bij de schade waartoe de problematiek leidt, en die generaties lang kan blijven bestaan. Een betere aanpak van de problematiek moet geen kwestie van geld zijn, zo vindt hij. Op bestuurlijk niveau is er ook aandacht voor de organisatie van Veilig Thuis, zodat ze zo goed mogelijk kunnen werken.

Afbeelding
Afbeelding
Afbeelding
Burgemeester Wienen gaf het figuurlijke startschot voor Orange the World Haarlem.