Jeannette parkeerde op een invalideplek en werd belaagd door omstanders

Nieuws
'Steeds weer moet ik incasseren dat ik word nageroepen'.
'Steeds weer moet ik incasseren dat ik word nageroepen'. (Foto: AGHeeremansPhotography)

REGIO - In een Facebookgroep van haar woonplaats loopt Jeannette Koree (49) even leeg. Ze is het zat. “Het is de druppel die de emmer deed overlopen,” zegt ze hierover. Jeannette wordt namelijk regelmatig uitgescholden, vernederd en één keer zelfs bedreigd, wanneer ze haar auto op een invalide parkeerplaats zet. Terwijl ze gewoon recht heeft op deze parkeerplaats. Het leidde onlangs tot een heftige confrontatie waarbij een omstander het geheel ook nog eens filmde.  Wij waren benieuwd naar het verhaal achter deze heftige Facebookpost en namen contact op met Jeannette.

Door Sandra Ooms

In haar bericht op Facebook beschrijft ze het incident. Het is op dat moment “minimaal de honderdste keer” dat Jeannette opmerkingen naar haar hoofd geslingerd krijgt als ze op de invalideplek haar auto parkeert bij de Jumbo. Ze heeft netjes haar kaart voor het raam gelegd, dus er zou niets aan de hand moeten zijn. Maar een oudere man blijft opmerking na opmerking naar haar hoofd smijten en zegt niets van haar invaliditeit te geloven. “Een gezonde jonge vrouw”, zegt hij minachtend terwijl hij haar lichaam scant. Jeannette schiet uit haar slof en vraagt de man of hij haar mankementen soms wil overnemen. Een omstander begint het gebeuren te filmen, terwijl een andere man voorbijloopt en denkt dat Jeannette de oudere man onterecht beschuldigt van het parkeren op de invalideplek. Nadat ze uitlegt wat er aan de hand is, biedt de man zijn excuses aan. Jeannette heeft staan tieren en baalt ervan dat ze zich uit de tent heeft laten lokken. Maar dit was zoals gezegd, even de druppel... 

Ernstig auto ongeluk

Jeannette vertelt: “Ik ben er niet de persoon naar om dit zomaar op Facebook te zetten, maar ik word hier zo verdrietig van. Steeds weer moet ik incasseren dat ik word nageroepen of vervelende opmerkingen krijg. Ik wil nu één keer mijn verhaal doen, ook om andere mensen te helpen die een niet direct zichtbare handicap hebben. Op mijn 22ste was ik slachtoffer van een ernstig auto ongeluk. De datum weet ik nog precies: het was 26 januari 1996. Mijn toenmalige partner reed samen met mij op een smal landweggetje tussen Barsingerhorn en Schagen. Het was glad en er lag sneeuw op de weg. Voor ons reed een bestelbusje heel langzaam. Mijn vriend werd ongeduldig en besloot de bus in te halen. In een flits was het gebeurd. Onze auto raakte de achterkant van de bus waarop wij in slip raakten en frontaal tegen een betonnen brug knalden. Ik weet er niks meer van. Alleen van wat me verteld is. Mijn heupen en bekken waren verbrijzeld. Mijn rug was gebroken. Ik zou nooit meer kunnen lopen en kinderen krijgen was al helemaal onmogelijk, werd mij verteld. Ik was 22 en mijn leven was voorbij, zo voelde het. Na een intensief revalidatietraject van jaren is het me deels gelukt om een bestaan op te bouwen. In die jaren zat ik zes uur per dag in het revalidatiecentrum om opnieuw te leren lopen. Mijn wil was sterk. ‘Doorzetten Jeannette’, spreek ik mezelf altijd toe, als ik erdoorheen zit. Zo ben ik ook opgevoed. Kinderen heb ik gelukkig wel gekregen, mijn grootste geluk. Al heeft mijn lichaam daar wel een optater van gekregen. Voor lange stukken ben ik helaas aan een rolstoel gekluisterd. In mijn lichaam zit een ‘hele ijzeren stelling’ van mijn rug tot aan mijn knie. Niemand ziet dat. Als ik op een goede dag een stukje kan lopen, dan zie je me buiten. Het zijn van die kleine momentjes waarvan ik kan genieten en me even ‘normaal’ voel. Helaas worden deze momenten vaak verstoord door de opmerkingen die ik krijg als ik mijn auto uit stap.” 

Ik stond te trillen op mijn benen

Bedreigd

“Elke dag moet ik veel knoppen omzetten en mezelf een schop geven om op pad te gaan, maar het lukt me. Ik schaam me om wat ik mankeer en voel me vaak een tweederangsburger. Als ik dan verbaal ook nog neergesabeld wordt, doet dat zoveel pijn.” De tranen springen in haar ogen. Het bleef namelijk helaas niet bij bovenstaand incident. “Ik was eens in het postkantoor, ik zocht mooie ansichtkaarten uit. Er kwam een man binnen, hij deed zijn duim omhoog en schreeuwde luid: ‘Goed hoor, lekker bezig! Bedankt hoor!’. Ik dacht nog ‘Hij denkt vast dat ik Lilian ben’. Mijn vriendin Lilian doet veel voor anderen en ze lijkt heel erg op me. Mensen halen ons weleens door elkaar. Maar helaas bedoelde hij het anders. ‘Asociale hond!’, schreeuwde hij, ‘een beetje op de invalideplek staan, ga je lekker?!’. Ik stond te trillen op mijn benen. Iedereen keek naar me, er waren zelfs vrienden van mijn zoon aanwezig. Ik schaamde me dood. Tom, de eigenaar van het postkantoor kwam voor me op. Hij weet van de hoed en de rand. Ik ben eens door mijn benen gezakt in het postkantoor omdat het die dag slechter me ging dan ik dacht. Hij wist de boel te sussen. Maar mijn dag was verziekt. 

Begrip en verdraagzaamheid 

Jeannette legt uit: “Als mensen gewoon rustig verhaal komen halen, heb ik daar geen probleem mee. Maar schelden of schreeuwen kan echt niet. Ik hoop dat de mensen die dit lezen anders gaan kijken naar mensen die op een invalideparkeerplaats parkeren. En eerst even checken of ik er een kaart achter het voorruit zit. Dan wordt er al een mooie stap gemaakt richting verdraagzaamheid. Aan de buitenkant kun je niet altijd zien wat er aan de binnenkant zit. Het is belangrijk om te begrijpen dat we allemaal onze eigen verhalen hebben en dat het niet aan ons is om te oordelen over anderen zonder de feiten te kennen. Laten we in plaats daarvan vriendelijkheid en begrip tonen voor elkaar, dat zou heel fijn zijn!”

Meest gelezen


Lees nu de laatste editie van de digitale krant

Agenda