Column Marcel van Stigt: een conducteur van niks

Algemeen
Afbeelding
(Foto: Pixabay)

Als conducteur zou ik het bar slecht doen. Tenminste, de NS zou allerminst blij met me zijn. Treinreizigers daarentegen zouden mij graag als conducteur willen hebben. Dat kan nauwelijks anders. Ik ben immers niet alleen tegen iedereen zeer vriendelijk, ik ben vooral extreem coulant.

Ik reis niet meer zo vaak met de trein als voorheen, toen ik nog in Hilversum werkte, maar nog wel met enige regelmaat, dus ik kom evengoed nog conducteurs tegen. Over het algemeen zijn het vriendelijke, correcte mannen en vrouwen. Maar er zijn uitzonderingen.

Laatst stuitte een nogal autoritaire conductrice bij een controle op een dame die oprecht was vergeten in te checken. De trein stopte toen net op een station en de dame werd gesommeerd de trein te verlaten en alsnog in te checken.

“Waar kan ik dat doen?”, vroeg ze paniekerig. Het kwam haar zichtbaar slecht uit. 

“Uitstappen, trap af naar beneden”, luidde het bondige antwoord.

“Maar dan mis ik deze trein”, reageerde de dame, die nu heel benauwd klonk. 

“Deze trein gaat u sowieso missen”, besloot de conductrice terwijl ze al doorliep.

De reizigster pakte haar zware rugzak en haastte zich de trein uit. Ik voelde een enorme compassie voor haar, want ze zou zeker te laat terug zijn om weer in te kunnen stappen. En inderdaad, toen de deuren zich sloten en de trein zich weer in beweging zette, kwam de reizigster over het perron aanrennen. Met een ontgoocheld gezicht hield ze haar pas in en keek de trein na.

Kijk, dat zou mij als conducteur nou nooit gebeuren. Ik zou quasi-bestraffend tegen de passagier hebben gezegd: “Voortaan wel even inchecken, hè!” En daar zou ik het dan bij laten.

Sterker nog, ik had hoogstwaarschijnlijk helemaal niet geweten dat ze niet had ingecheckt. Ik zou dat soort dingen namelijk helemaal niet controleren.

Laat ik het maar gewoon stellen zoals het is: ik heb een hekel aan problemen en probeer ze waar mogelijk te ontlopen. Ik zou niet weten wat ik met een zwart- of zelfs grijsrijder zou moeten beginnen. Een dergelijke confrontatie sluit ik daarom bij voorbaat uit.

Wat ik ook zou doen: eerste en tweede klas gelijktrekken. Als iemand lekker comfortabel wil zitten en illegaal voor een rode in plaats van een blauwe stoel kiest, vind ik dat prima. Zeker als het in de tweede klas erg druk is. Geen probleem. En natuurlijk mogen laatkomers altijd nog instappen. Dan wachten we gewoon even; desnoods houd ik de deur galant open.

Zelf zou ik ook eerste klas zitten. Of, liever nog, bij de machinist. Beetje lullen. Of nóg liever: ergens op een rustig plekje met een spannend boek. En me dan de hele dag zo min mogelijk laten zien. Heerlijk lijkt me dat.

Ja, soms, op één van de vele onbewaakte momenten die mij passeren, en zeker na een drukke werkdag, denk ik: ik zou best conducteur willen zijn. Lekker de hele dag meehobbelen in de trein. Vriendelijk ben ik van nature, dus daarmee zou ik al een goede kans maken. Maar verder? Verder ben ik er vrees ik niet geschikt voor.