‘Het gaat er juist om inwoners daar een hart onder de riem te steken’

Algemeen
Afbeelding
(Stockfoto)

Met drie steden onderhoudt Maassluis banden. Hoewel er definitief nog geen besluit genomen is, zou daar wel eens een einde aan kunnen komen. En daarbij speelt de houding van de regering van Viktor Orbán over de positie van mensen met een andere geaardheid zeker een rol.

Chrit Wilshaus

Met Hatvan in Hongarije heeft Maassluis de oudste banden. Die dateren uit 1992. Sedertdien zijn er intensieve contacten en uitwisselingen geweest op het gebied van cultuur, sport, educatie en bedrijven. De focus lag daarbij de laatste jaren op jongeren. De stedenband met Bergszász in Oekraïne, op slechts enkele kilometers verwijdert van de Hongaarse grens, bestaat sinds 2001 en komt voort uit Stichting AK (humanitaire hulpverlening). Eveneens vanaf 2001 heeft Maassluis een stedenband met Kézdivásárhely in Roemenië, waar de bevolking voor 90 procent van Hongaarse afkomst is. Twee jaar daarvoor werd trouwens het Regiosteunpunt Kézdi, zoals de stad wordt afgekort, opgericht. In 2016 werd het steunpunt omgezet in Stichting Maassluis Partnerstad Kézdivásárhely die zich onder meer bezighoudt met culturele projecten. Dat activiteiten de afgelopen ruim twee jaar stil lagen heeft uiteraard vooral met de coronapandemie te maken.

Economisch

Jesse de Jong (D66) bevestigd desgevraagd dat er nog geen beslissing is genomen over het al dan niet laten voortbestaan van de stedenbanden. “Maar de burgemeester heeft wel al aangegeven dat we het gaan afbouwen.” D66 weet wel al dat het een punt wil zetten achter de stedenbanden. “En dat heeft uiteraard alles met inhoudelijke redenen te maken”, verduidelijkt de voorman van D66, daarmee verwijzend naar de houding van de regering Orban die haaks staat op vele standpunten van de EU. “Stedenbanden hebben echt wel een functie maar je zou dat veel meer economisch moeten insteken, wat mijn partij betreft. Dan heb je een hele andere samenwerking. Tenminste dat zou ik een meerwaarde vinden omdat je daar ook als Maassluis iets aan hebt. In heel Nederland zijn er trouwens nog iets van vijf stedenbanden met Hongarije en daarbij is toch ook steeds de opmerking gemaakt dat wij anders aankijken tegen rechten van vooral homoseksuelen en migranten. Dat hebben we de burgemeester ook telkens meegegeven en die heeft steeds gezegd dat hij zich daar ook zorgen om maakt.” Tot slot merkt De Jong nog op dat de band met Hongarije nooit helemaal verloren zal gaan omdat dit land net als Nederland tot de Europese Unie behoort.

Kort door de bocht

“Je kunt natuurlijk heel simplistisch zeggen: we stoppen ermee want Orbán is niet goed. Maar het gaat er juist om inwoners daar een hart onder de riem te steken. Van Orbán kun je van alles vinden, en daar vinden wij ook wat van, maar een stedenband heb je in eerste instantie met de inwoners van die betreffende stad in dat betreffende land. En zo is het natuurlijk ook ooit begonnen”, weet Dick Snoeck (VVD). “In een andere hoedanigheid heb ik heel veel Europese vrienden opgedaan en dat is mij enorm waardevol. Dat heeft niets met politiek te maken maar wel met vriendschappen en gedeeld ondernemerschap.”

Geen hele grote meerwaarde

Volgens Raoul Kleijwegt (GroenLinks) is het altijd goed om met elkaar in gesprek te blijven. “Tenzij mensen er ‘gekke ideeën’ op nahouden die echt ingaan tegen onze normen en waarden. Maar net zoals in Nederland niet iedereen het eens is met Rutte, kan in Hongarije niet iedereen zich vinden in de standpunten van Orbán.” In principe is Kleijwegt, laat hij desgevraagd weten, wel akkoord met het bestaan van stedenbanden. “Maar het is ook weer niet het belangrijkste wat er is; voor de gemiddelde Maassluizer heeft het geen hele grote meerwaarde, denk ik. Zeker niet als er sprake is van homofobe ideeën. We hebben een aantal regels met elkaar afgesproken. Bijvoorbeeld dat we elkaar respecteren zoals we zijn. Gebeurt dat niet, houdt het voor ons wel op.”

Op een modernere manier

“Het is goed om van tijd tot tijd na te denken over waarom we ermee zijn begonnen? En waar staan we nu? Maar ook om ons af te vragen of het allemaal nog aan het gestelde doel voldoet. Over de grenzen kijken, maakt je wereld wel groter dan dat je alleen in Maassluis met oogkleppen op blijft zitten”, aldus Klarie Oosterman (ChristenUnie). “Van elkaar leren, bijvoorbeeld door kennis met elkaar te delen, daar word je nooit slechter van.” Dat ‘uitwisselen’ zou volgens Oosterman wel op een modernere manier kunnen of met een stad in een ander Europees land. “Laatst hadden we in de fractie een gesprek over de manier waarop ze in Duitsland woningen bouwen. Daar zouden we van kunnen leren en ons voordeel mee kunnen doen, denk ik. In ieder geval zijn wij er als ChristenUnie voorstander van om het fenomeen stedenbanden te evalueren en daarna te bepalen wat we in de toekomst willen.”

De organisaties achter de stedenbanden waren of niet bereikbaar of wilden niet met ons praten zolang de gemeenteraad nog geen standpunt heeft ingenomen.