Groei in de logistiek gaat gepaard met uitdagingen en verantwoordlijkheden

Algemeen
Afbeelding
(Foto: Bepaalde rechten voorbehouden PIXABAY)

De transportsector rondom Amsterdam doet het goed. Dat blijkt uit wat Willem de Vries van het Sectorinstituut Transport en Logistiek onlangs meldde. In Noord-Holland zijn maar liefst 1200 nieuwe vrachtwagenchauffeurs nodig. Dit komt onder meer door de stijgende vraag naar transport. Dat de sector ook in de toekomst voor banen zal zorgen staat overigens buiten kijf, want we kopen met zijn allen steeds meer online. Vorig jaar steeg de omzet van de e-commerce in Nederland nog met dertien procent, wat natuurlijk zowel in de distributiesector als in de logistieke sector extra banen oplevert. Echter, dat de logistiek blijft boomen heeft niet enkel positieve gevolgen. We bekijken hieronder enige problemen en mogelijke oplossingen.

Bedrijf in beeld dossier

Het mes snijdt aan twee kanten

Het is dus niet allemaal rozengeur en maneschijn wanneer het op deze logistieke groei aankomt. Het is nu eenmaal tweezijdig, aangezien de groei natuurlijk voor meer ritten zorgt en dus ook voor meer uitstoot. Vooral nu het planbureau stelt dat Nederland hoogstwaarschijnlijk de klimaatdoelstellingen van 2030 niet haalt, is dat verontrustend. Daarnaast komen er dus steeds meer distributiecentra bij. In 2018 toonde de regio Amsterdam-Schiphol-Almere een sterke stijging van de bezettingsgraad van magazijnen, wat betekent dat er steeds meer distributiecentra nodig zullen zijn. De logistieke vastgoedmarkt mag dan wel records breken, maar dit vormt een ware bedreiging voor de open ruimte. Er wordt daarom over “verdozing” gesproken, aangezien magazijnen eruit zien als grote dozen in het landschap. Aangezien er in Noord-Holland al bijna 20 procent van de ruimte bebouwd is, zoals blijkt uit de cijfers van het CBS, is het geen fijn idee dat er nóg meer open ruimte ingenomen zal worden door magazijnen.

De sector denkt mee aan oplossingen

De transportsector beseft natuurlijk ook dat het niet zomaar op deze manier verder kan. Waar bijvoorbeeld sterk op ingezet kan worden, is het verminderen van het aantal naleveringen aan kantoren en bedrijven. Vaak is er bij de levering van kantoor- of hygiënemateriaal immers eerst een hoofd- en later een bijlevering, wat natuurlijk extra kilometers oplevert voor de leveranciers. Bij een onderzoek in Utrecht bleek dat 1565 leveringen werden uitgevoerd door 667 verschillende vervoerders. Dit betekent dat eenzelfde vervoerder maar iets meer dan twee leveringen per keer doet. Het is dus echt goed mogelijk om het aantal voertuigverplaatsingen te doen dalen door het aantal vervoerders te beperken. Eén manier om dat te doen is het invoeren van groepsbestellingen, waarbij verschillende bedrijven, scholen of verenigingen samen bestellen en een gemeenschappelijke voorraad aanleggen. Een andere manier is een slimmer beheer van het wagenpark en van de aanlevering in de stad, waarbij het management van een leverancier nieuwe manieren van leveren uitdenkt. Zo heeft vervoerder Hulshoff voor de Amsterdamse kantoorwijk Zuidas een “hub” ingericht, waar leveranciers hun goederen verzamelen en nadien leveren met elektrische vrachtwagens. PostNL voert gelijkaardige experimenten uit in Den Haag. Dit gaat tegelijk de verdozing tegen; wanneer verschillende leveranciers en verladers zich gaan verenigen, bespaart dat immers ook ruimte.

Dat het organiseren van “cityhubs” voor transport niet altijd van een leien dakje verloopt mag duidelijk zijn. Haarlem experimenteerde er al mee, maar schafte het ook alweer af omdat de middenstand niet mee wilde. Ook Coolblue springt mee op de duurzame kar en levert vanaf nu in Amsterdam en Rotterdam tv’s met elektrische busjes op energie die is opgewekt met eigen zonnepanelen in hun distributiecentra. Wat bijvoorbeeld ook een optie is, is door een interne doorlichting het aantal verplaatsingen groeperen of verminderen. Er zijn ondertussen al meerdere oplossingen op de markt die een slimme gps-tracking van voertuigen toestaan, bijvoorbeeld van deze aanbieder. Zo kan een logistiek manager perfect zien waar een voertuig momenteel is, maar ook waar het geweest is en binnen welk gebied het zich verplaatst heeft. Daardoor kan er perfect uitgemeten worden welke verplaatsingen overbodig zijn. Tot slot kan ook het wegennet zelf bijdragen aan een duurzame energieovergang, zoals we eerder al schreven. In Oude Meer wordt op de Fokkerweg via een parallelweg een proef uitgevoerd met een wegdek dat zonnecellen bevat en zo wegverlichting, maar ook huishoudens, van stroom moet gaan voorzien.