Column Marcel van Stigt: het mooiste geluid

Column
Afbeelding
(Foto: Rodi Media/MvS)

Pak voor de aardigheid eens een leeg bierflesje, zet het rechtop met de bovenkant tegen je onderlip, schuif je bovenlip naar voren en blaas een paar keer ritmisch recht naar beneden in de opening. 

Zo klinkt de roerdomp.

Ik werd er afgelopen donderdag, Hemelvaartsdag, op geattendeerd door IVN-gids in opleiding Pieter Hottentot. Hij liep voorop tijdens een stiltewandeling door recreatiegebied Het Twiske. 

“De roerdomp laat zich niet vaak zien of horen”, meldde hij. Dat de vogel het kenmerkende ‘hoemp, hoemp, hoemp’ toch liet horen had alles te maken met het tijdstip: het was kwart voor zes in de ochtend. Dan heb je als roerdomp nog alle vrijheid. 

Volgens de aloude traditie van het dauwtrappen op Hemelvaartsdag had ik me met mijn vriendin aangemeld voor deze trip door de nog slapende natuur. We zijn allebei ochtendmens, natuurliefhebber en wandelfanaat, dus dat kwam prachtig uit. 

Rond halfvijf - vóór de wekker wakker - stonden we naast ons bed om ons na een snelle douche, twee krentenbollen en een bak sterke koffie naar het verzamelpunt te spoeden, de aan Het Twiske grenzende Sporthal in Oostzaan. Het was halfzes toen we met gids en mededauwtrappers aan onze wandeling begonnen. Sommige dieren, die zich logischerwijze op dit tijdstip nog onbespied waanden, stonden even op de verkeerde poot toen ze ons ontwaarden. Enkele konijnen en hazen zaten eerst nog landerig midden op een pad, totdat ze ons in de gaten kregen en een spurt namen richting veilig struikgewas.   

Het Twiske ontwaakte langzaam en loom. Staand bij het grote meer, de Stootersplas, waren we getuige van een adembenemende opkomst van de zon. Aan de andere kant van het rimpelloze water steeg hij op. Eerst mat oranje, maar al snel won zijn kleur aan kracht en zocht hij felgeel en stralend een plek hoog in de hemel. De warme jas kon uit. 

Op verschillende plekken hielden we stil om, volgens een eeuwenoude Chinese leer, qigong-oefeningen te doen. Die werden aangepast aan de seizoenen; niet vier, zoals we dat hier gewend zijn, maar vijf. In China doen ze ook aan nazomer. Gewoon een extraatje dus. 

Een van de oefeningen deden we op een vlonder, omringd door water. Daarmee trokken we direct de aandacht van een zwaan, die, kennelijk gewend aan passanten die brood strooien, naar ons toe dreef. Met vragende ogen keek hij de meegenomen broodjes bijna uit onze rugzak, maar we lieten ons niet uit onze concentratie halen. Teleurgesteld en gelaten keerde hij - of zij - om en droop af.  

Het hoogtepunt vond ik het vogelconcert dat in alle vroegte losbarstte, en daar tussendoor, als je goed luisterde, dus die maffe roerdomp met zijn gehoemp. Zo ont-zet-tend mooi. Ik kan daar enorm van genieten. Voor mij het mooiste geluid dat er bestaat, dat onbekommerde gekwetter en getjilp. 

Hoewel, dat is bij nader inzien niet helemaal waar. Het mooiste geluid komt nog altijd van mijn vriendin, als ik haar hoor roepen: “Het eten is klaar!”