College Oostzaan volgt juiste procedure ontwerp-omgevingsvisie

Tijdens de raadsvergadering heeft wethouder Dral namens het college diverse keren aangegeven dat het uitvoeren van het besluit van de gemeenteraad niet zonder meer mogelijk is. Daardoor is het niet haalbaar om de omgevingsvisie op 8 november vast te stellen. Een onafhankelijke juridisch adviseur heeft bevestigd dat het college, bij monde van wethouder Dral, de raad hierover juist heeft geïnformeerd.

Burgemeester Polak heeft tijdens de raadsvergadering meerdere malen geprobeerd duidelijkheid te krijgen over wat de raad wil met het besluit. “Is het de bedoeling van de indieners dat ten aanzien van dit nieuwe ontwerp, een nieuwe zienswijze procedure wordt gestart of dat hiermee een definitieve nieuwe omgevingsvisie wordt vastgesteld?” Een eenduidig antwoord gaf de raad volgens de woordvoerder van de gemeente niet op deze vragen. Daarom wilde de burgemeester onderzoeken of het besluit van de raad in strijd is met het recht.

Het college heeft voor het onderzoek een extern, onafhankelijk juridisch adviseur ingeschakeld. Deze heeft geconcludeerd dat het besluit van de raad niet zonder meer is uit te voeren. Op grond van het zorgvuldigheidsbeginsel moeten alle belangen worden afgewogen. Het ontwerp-omgevingsvisie 2.0 moet daarom (opnieuw) ter inzage worden gelegd, zodat iedereen daar op kan reageren. Dit duurt zes weken en daarna moeten de reacties verwerkt worden. Daardoor kan de omgevingsvisie niet op 8 november worden vastgesteld.

Wat de raad heeft gedaan is volgens de adviseur toegestaan, maar onder voorwaarden. Het is niet in strijd met het recht, maar het wijkt wel af van wat de raad zelf eerder besloten heeft. Het zelf vaststellen van een ontwerp-omgevingsvisie 2.0 door de raad wordt gezien als hoogst ongebruikelijk is en vond op een bijzonder moment in het proces plaats. Dit moet namelijk gebeuren of aan het begin of aan het eind van een proces, maar niet halverwege.

De woordvoerder stelt dat het beeld is ontstaan dat het college niet bereid is op inhoud te doen wat de raad besloten heeft. “Dat is echter niet het geval. Het college heeft steeds aangegeven dat het een kwestie is van niet kunnen en niet van niet willen omdat de juiste wettelijke procedures gevolgd moeten worden. Het college heeft de raad zelfs aangegeven op welke manier dat wat de raad wil kan worden gerealiseerd zonder vertraging: door het als zienswijze mee te nemen of door de inhoudelijke inbreng van de raad op 8 november te geven, waardoor de omgevingsvisie conform planning vastgesteld kon worden. Het college vindt het jammer dat de raad deze suggesties terzijde heeft gelegd. Nu leidt het hele proces van vaststelling van de omgevingsvisie tot onnodige vertraging en de uitkomst zou niet anders zijn geweest.”