Aloys Koenen barst van de creativiteit

Algemeen
Mensen verwachten van Aloys, grote sterke stoere kerel, niet dat hij eigenlijk altijd pijn heeft.
Mensen verwachten van Aloys, grote sterke stoere kerel, niet dat hij eigenlijk altijd pijn heeft. (Foto: Theo Annes)

ZUID-SCHARWOUDE - Het is een gezellige boel in huize Koenen aan de Goudzeelt, waar niet alleen Aloys en zijn vrouw Karin, maar ook drie volwassen kinderen, twee honden en vijf katten wonen. Terwijl Karin in de keuken staat te koken en alvast op het bord schrijft wat de pot schaft: ‘Doe ik elke avond, dat scheelt discussie over wat we gaan eten’, schuift Aloys aan. Klaar om zijn verhaal te vertellen.

Aloys heeft 33 jaar bij de Marine gewerkt en woonde in Den Helder. Tot hij zijn Karin tegenkwam en bij haar in Zuid-Scharwoude ging wonen. “Ik was 32, zij 30, we hadden al een leven achter de rug maar dit was hét. Pats boem, dikke verliefdheid.” Die liefde is nooit minder geworden, ondanks de diepe dalen die het stel heeft meegemaakt. Met name door de reuma die Aloys trof toen hij net vijftig was. “Ik had het al veel langer natuurlijk, maar in 2010 werd de diagnose Bechterew dan eindelijk officieel gesteld.” De ziekte van Bechterew is een vorm van ontstekingsreuma en het zijn vooral de gewrichten van rug, heupen en knieën ontstoken. “Het zijn meestal de vochtige dagen waardoor ik slecht slaap en die mij vloekend doen opstaan van de pijn. Elke houding die je aanneemt is na een half uurtje pijnlijk en zeer vermoeiend. Als ik vroeger met de auto uit m’n werk kwam dan zat ik eerst een kwartier moed te verzamelen om uit te stappen. Ik barstte van de pijn door het lang in dezelfde houding zitten.”

Hij loopt er niet mee te koop, en probeert zijn leven er niet te veel door te laten leiden. “Ik leef bewuster sinds de diagnose en ik thuis kwam te zitten. In het begin is het natuurlijk allemaal helemaal niks en weet je niet wat je met jezelf aan moet. Maar ik ben gaan schilderen, ik heb me gespecialiseerd in het maken van websites, ik heb een mooie camera gekocht waar ik graag mee fotografeer en film, ik maak muziek en ik schrijf graag stukkies op m’n website... Ik barst eigenlijk van de creativiteit.” 

Die pijn in z’n lijf is helaas wel van blijvende aard, ook al heeft hij nu wel medicatie die hij eens in de twee weken zelf moet inspuiten. “Die hebben mijn klachten gehalveerd, maar het is niet weg. Als ik geen gekke dingen doe, let op mijn voeding, regelmatig en op tijd het medicijn neem, zal ik er volgens de reumatoloog vreselijk oud mee worden. Nou, mooi toch.” 

Altijd pijn

Mensen verwachten van Aloys, grote sterke stoere kerel, ruwe bolster, niet dat hij ook ziek is en eigenlijk altijd pijn heeft. “Dat hoeft natuurlijk ook niet, maar ik heb me wel verkeken op het egoïsme of oppervlakkigheid van mensen. Als mensen aan je vragen ‘Hoe gaat het?’ zeg je ‘Goed!’ want niemand zit op je echte verhaal te wachten. Of ze kennen iemand die iets veel ergers heeft. Natuurlijk zijn er ook heel veel mensen die het goed bedoelen. En de mensen in mijn directe omgeving begrijpen het donders goed. Dat is eigenlijk het belangrijkste.”

Werken ging niet meer, de marine is geen plek voor watjes. “Daar kwam ik achter na mijn ziekmelding. Ik heb hier nooit iemand thuis gezien die even kwam vragen hoe het gaat. Ik kreeg per post mijn congé. Uitermate teleurstellend. Toch denk ik met heel veel plezier terug aan mijn marine tijd.” 

Toen hij thuis kwam te zitten had hij wel veel meer tijd voor zijn gezin, tussen de slechte periodes door. “We namen een hond, een wens die in vervulling ging, bewegen is belangrijk! Mijn kinderen waren onwijs goed in wedstrijdzwemmen bij zwemclub De Reuring. Karin en ik gingen graag mee kijken en ik maakte dan vele foto’s. Ik kocht een Canon 350 met een knappe lens om ze goed te kunnen vastleggen, ook in beweging. Zo ben ik me steeds meer gaan ontwikkelen.” 

Langedijker Koor

Tegenwoordig is hij vaste fotograaf van Het Langedijker Koor. “Naast alle foto’s maak ik nu ook filmpjes en wordt er gestreamd. Dat laatste heb ik uitgeprobeerd toen we door de lockdown niet meer samen konden komen. Het streamen werd een noodzakelijk iets, maar het is ook ontzettend leuk. Hoogtepunt vond ik dat de dirigent Giancarlo, met kerst een pastagerecht ging maken, terwijl de leden van het koor live met hem mee konden koken. Ik streamde dat en dat was geweldig. Sowieso is het een fantastische club mensen bij het koor, ik haal daar heel veel energie uit. Ik zing geen noot maar voel me volwaardig bij deze club horen. Daar zit overigens een mooi concert aan te komen waar ik een grote bijdrage aan lever! ‘Over de Brug!’ heet het, meer vertel ik nog even niet...

Kuuks

Muziek maken doet hij ook nog, als toetsenist bij Kuuks. “Vanaf mijn achttiende ben ik muzikant en ik heb bij vele bandjes gespeeld; Generation, Lighthouse, Second To None, en ga zo maar door, in ieder geval de betere top 40 bandjes. Destijds speelden we elk weekend en ook op bruiloften en feesten. We zaten bij een boekingsbureau en werden overal neergezet. Gouden tijden. Tegenwoordig treed ik op als het gaat, zoals deze week in de tent op de kermis Zuid-Scharwoude. Door de corona konden we steeds niet spelen terwijl we in Concordia een reünieoptreden van Kuuks hadden gepland. De eigenares stopte ermee, Concordia ging dicht en door de lockdown stond alles in de koelkast. De kermis was de eerste keer dat we weer konden optreden en ik heb er bar van genoten.”

Langedijk is thuiskomen

Langedijk is echt zijn dorp ook al is hij geboren in Limburg en via Den Helder uiteindelijk in Zuid-Scharwoude beland. “Ik had in dienst al een paar maatjes die uit Langedijk kwamen. Op de kamer waar wij sliepen hadden ze de vlag hangen met 9 Eeuwen Langedijk. Dat vond ik zo leuk! Ik ging ze een keer opzoeken, met m’n Datsun 120Y, maar wist niet precies waar ik moest zijn. ‘Café Hendriks, je ziet het vanzelf als je de Dorpsstraat volgt’, hadden ze gezegd. Wist ik veel dat Langedijk zo lang was! Met in het hoofd “Een kerk staat bij een kroeg en andersom!” ging ik erin bij de toren van de Vomar in Broek en kilometers later kwam ik uit bij de knip, ik heb me een hoedje gezocht en ben uiteindelijk weer naar huis gereden. Toch had ik toen al het voor mij vreemde gevoel van thuiskomen.” Toen de vrouw van zijn leven ook nog eens in Zuid-Scharwoude bleek te wonen, was hij de koning te rijk. En ook al barst het huis bijna uit zijn voegen, elke vierkante meter is gevuld met spullen uit het heden en verleden, en de kinderen nog allemaal nog thuis vanwege de krapte op de woningmarkt: ze gaan hier voor geen goud weg!