De Ander in het bos zien

Hoewel ik nog geen borden heb gezien weet ik dat de scholen weer begonnen zijn. Voor mij als vader van drie kinderen is daarmee ook het gewone ritme weer van start gegaan.

Concreet betekent dat voor mij om half negen weer een uurtje met de hond naar het Bergerbos. Een uur lijkt lang, maar de tijd vliegt altijd voorbij.

Ik heb ontdekt dat er eigenlijk twee manieren van wandelen zijn.

Er zijn dagen, dat ik die tijd gebruik om mijn gedachten te ordenen of plannen te maken. Mijn beste ideeën krijg ik vaak in het bos.

Soms regel ik ook meteen dingen en zie je mij lopen met mijn telefoon aan het oor.

Achteraf constateer ik dan vaak: eigenlijk gewoon was ik gewoon aan het werk.

Ik zat meer in mijn hoofd dan tussen de bomen.

Op andere dagen probeer ik dat gedrag te vermijden. Heel bewust stel ik me dan steeds de vraag: wat zie ik hier? Pas dan opent mijn ziel of mijn psyche zich voor de schoonheid van de natuur. Ik zie de lichtval tussen de bladeren, ik zie de verschillende tinten paars in de hei. Ineens raak ik weer verwonderd door de kronkelende paadjes en bekruipt mij het gevoel door een sprookjesbos te lopen. Je zou het mystiek-wandelen kunnen noemen, even helemaal los van de dagelijkse werkelijkheid. Hoe praktisch het eerder genoemde hoofd-wandelen ook is, het mystieke lopen inspireert meer en brengt me dichter bij wie ik ben en wie ik wil zijn.

Ik realiseerde me dit onderscheid bij de koffie. Meteen dacht ik aan de filosoof Emmanuel Levinas (1906-1995) over wie ik zondag nog gepreekt had. Levinas komt de eer toe het ik-gerichte denken te doorbroken te hebben. Natuurlijk leunde hij daarbij op de Bijbelse gedachte 'Heb de Ander lief als jezelf.' Levinas schrijft vaak over het gelaat van de Ander. Met een hoofdletter! In dat gelaat word ik aangesproken en geïnspireerd tot handelen of juist niet. Vanochtend beseft ik me, dat dit ook opgaat voor het bos. Ik word meer mezelf als ik me niet alleen concentreer op het gelaat van de Ander, maar ook op het gelaat van de natuur.

Nu de scholen weer begonnen zijn en daarmee ook mijn eigen normale leven weer begint, neem ik me voor minder te gaan denken in het bos.

Liever word ik meer mezelf door de Ander in het bos te zien en tot mijn ziel te laten spreken.