'Het komt nooit meer uit je poriën vandaan'
WIJDEWORMER - Inzender Marnix Knetemann komt van kleins af aan op de Paasveetentoonstelling in Schagen. Hij moest als deelnemer een paar edities missen, onder meer door zijn studie. "Ik ben er echt ziek van als ik het evenement moet overslaan", vertelt hij. "De Paasvee is een authentieke koeienmarkt, de sfeer laat je niet los. Het komt nooit meer uit je poriën vandaan."
Door: Annemarie Gerbrandy
Marnix Knetemann kan niet zonder Paasvee
Marnix Knetemann kijkt uit naar de Paasveetentoonstelling. Het fokken van een goede dikbil is geen sinecure, daar gaat soms jaren aan fokkerij aan vooraf. De fokkerij is een bewust onderdeel van zijn bedrijfsvoering, vertelt hij. "Het is reclame voor mijn bedrijf en promotie voor de sector. Er worden goede prijzen voor kwalitatief goede dieren neergelegd. Dat zijn de krenten uit de pap die je nodig hebt."
Op moment suprême in perfecte conditie
De vleesveehouder uit Wijdewormer probeert van sommige koeien zoveel mogelijk vaarskalveren te fokken. Als hij een stierkalfje heeft, schat hij in of het diertje kan uitgroeien tot een mooi beest voor de Paasveetentoonstelling. "Ik ben van plan een stier mee te nemen, waar als drie maanden oud kalf al veel geld voor geboden is. Ik was toen eigenwijs en heb het dier zelf gehouden. We hebben het twee jaar lang goed verzorgd en we hopen dat hij op het moment suprême in perfecte conditie is. We gaan het beleven!"
Lekker vlees en vleesrendement
Knetemann streeft in zijn fokkerij naar gezonde dieren die gemakkelijk groeien en waar hij zo weinig mogelijk trammelant en werk aan heeft. Hij wil geen dertien dieren in een dozijn hebben, zegt hij. "Dat is de reden dat ik niet één ras gebruik, maar voor kruisingen kies. In het verleden, toen we nog tweehonderd dieren hadden - helft dikbillen, helft Blonde d'Aquitaine - maakten we nog wel eens een exotisch uitstapje, bijvoorbeeld Waygu . Dat doe ik nu niet meer. We fokken nu rode en blauwe dikbillen, een mooi ras waar je goed mee kunt boeren. We streven naar lekker vlees en vleesrendement van het karkas. Dan kom je op het luxere vleesvee uit."
Derde generatie Wijdewormer familiebedrijf
Marnix is de derde generatie op het bedrijf in Wijdewormer. Zijn opa en oma kwamen beide uit een slagersfamilie, het bedrijf heeft in het verleden ook een eigen slagerij gehad. Marnix studeerde een jaar biologie en medische biologie en twee jaar diergeneeskunde, maar koos er toch voor om veehouder te worden. Toen hij met zijn studie stopte, wilde zijn vader, die het bedrijf samen met een oom runde, dat Marnix met een gedegen plan kwam om de boerderij op een rendabele manier voort te zetten. "Ik koos ervoor om te groeien, zowel in aantal dieren als in hectares (pacht)land. We gingen van tachtig naar tweehonderd dieren, van een aanbindstal naar een loopstal."
Slagersbloed kruipt door aderen van Kneteman
Na het overlijden van zijn vader nam Marnix het deel van zijn moeder over en ging terug in het aantal koeien. Hij heeft nu 35 dikbillen en fokt pony's op. De koeien worden gehouden in een potstal en boxen met stro. Dat brengt wel meer arbeid en een hogere kostenpost met zich mee, maar de dieren blijven schoner en de potstalmest is een welkome grondstof voor de eigen grasweides, vindt hij. Voorheen werd het slachtvee in de eigen slagerij verkocht, nu moet hij opboksen tegen de concurrentie. Dat laatste past hem niet zo, geeft hij toe. Want het slagersbloed kruipt Knetemann nog steeds door de aderen. "Ik vond het schitterend mooi op het slachthuis. Het slagersvak is een echt ambacht."
Draagt steentje bij aan behoud Nederlands landschap
Knetemann: "De rode draad is dat ons vlees en al het andere in Nederland geproduceerde voedsel het best gecontroleerde voedsel van Europa en de wereld is. Ik vraag mij wel eens af waarom de consument in de supermarkt producten uit het buitenland koopt, terwijl je je boerenbuurman in leven kunt houden door Nederlands vlees en Nederlandse producten te eten. Het wordt tijd dat de consument daarover gaat nadenken! Elke boer draagt zijn steentje bij aan het onderhoud én behoud van het Nederlandse landschap."
Mooi onderonsje fokkers, mesters en slagers
Terug naar de Paasvee: voor Knetemann één van de mooiste en belangrijkste evenementen van het jaar. "Als het afgelopen is, kijk ik alweer uit naar het volgende jaar. Het is een gezellige dag, als je een editie mist, voelt dat als een amputatie. Het is ook een mooi onderonsje met fokkers, mesters en slagers, je bent bezig met elkaar een stukje Nederlands vlees te produceren. Tegen mensen die uit het zuiden komen, zeg ik wel eens: jullie hebben carnaval, wij hebben Paasvee. Het evenement is aan een buitenstaander niet uit te leggen. Je moet er geweest zijn om het te kunnen bevatten."
Op visite bij bekende boer Marnix
Dit jaar is Knetemann niet alleen deelnemer, maar ook BN'er: boer Marnix was immers te zien in de laatste editie van Boer zoekt Vrouw. De veehouder is qua publiciteit wel wat gewend als zoon van wielrenner Gerrie Knetemann. "Mij maak je de pis niet zo snel lauw." Hij wordt op straat herkend en soms stoppen auto's of fietsers voor de boerderij. "Onlangs kwamen er mensen op een advertentie af om naar een beestje van mij te kijken. Maar eigenlijk kwamen ze een dagje bij boer Marnix op visite", lacht hij.
