Afbeelding
Een bezoek aan een molen op de Schans gaat een kwartje kosten. (Foto: Dirk Karten)

Bezoek attractie gaat geld kosten

ZAANSTAD - Het college van Zaanstad heeft de raad voorgesteld om per 1 januari 2020 een zogenoemde 'vermakelijkhedenretributie' in te voeren voor de Zaanse Schans. Dit voorstel volgt uit het advies dat Johan Remkes eerder dit jaar over de Zaanse Schans schreef.

Een vermakelijkhedenretributie wordt geheven van ondernemers die een attractie aanbieden. Omdat iedereen het gebied gratis mag en kan betreden, en controle niet mogelijk is zonder hek te plaatsen, is de heffing beperkt tot alleen de vermakelijkheden die tegen betaling plaatsvinden vanuit een locatie op de Zaanse Schans.

Binnen het gebied van de Zaanse Schans worden verschillende 'vermakelijkheden' aangeboden. In 2020 betreft dit musea, molens, een organisatie die rondleidingen verzorgt, een rondvaartbootreder en fietsenverhuur. Jaarlijks wordt de heffing en het kostenverhaal geëvalueerd aan de hand van de lokale situatie. Op basis hiervan kan eventueel de Verordening worden bijgesteld, bijvoorbeeld de kring van belastingplichtigen of het tarief.

Het college is van mening dat het redelijk is dat degenen die een betaalde vermakelijkheid aanbieden op de Zaanse Schans, een bijdrage betalen aan de kosten die de gemeente maakt. Bijvoorbeeld voor onderhoud aan de paden.

0,25 cent voldoende

De gemeente heeft berekend welk tarief nodig is om de geïnventariseerde kosten tot en met 2020 (ca. € 800.000) te dekken. Uit onderzoek en met inschatting van het aantal betalende bezoekers aan de Zaanse Schans in 2020, is afgeleid dat een beperkt tarief van € 0,25 voldoende zou kunnen zijn.

Als de exploitant van de vermakelijkheid besluit om de heffing door te berekenen in de toegangsprijs.