Kruidenrijk grasland past prima binnen natuurinclusieve landbouw.
Kruidenrijk grasland past prima binnen natuurinclusieve landbouw. (Foto: aangeleverd)

LTO Noord: agrariër staat open voor natuurinclusieve landbouw

Annemarie Gerbrandy

REGIO - Bijna alle boeren en tuinders van LTO Noord-Holland passen maatregelen toe die de kwaliteit van bodem, water en biodiversiteit ten goede komen. Financiële onzekerheden vormen de grootste belemmering voor ondernemers. Externe financiering voor BWB-maatregelen kan hierbij helpen.

Dat blijkt uit een onderzoek van LTO Noord regio West naar de staat van natuurinclusieve landbouw in Noord-Holland. 96 procent van de ondervraagden gaf aan in bodemmaatregelen te investeren. 89 procent investeert in watermaatregelen en 91 procent steekt geld in maatregelen voor beheer van de biodiversiteit. Sjoerd Pieteren, projectadviseur bij LTO Noord, is niet verrast over deze hoge cijfers. "Iedere agrariër is op een of andere manier met de natuur bezig." Provincie Noord-Holland wil dat de grondgebonden landbouw in 2030 zo natuurinclusief mogelijk is ingericht. LTO Noord wil hierop voorsorteren door met het project 'Natuurinclusief ondernemen uit onverwachte hoek' het peloton van agrarische ondernemers trots en waardering te laten ervaren. Dat kan door het toepassen van 'slimme integrale oplossingen', die voordelig zijn voor het behalen van zowel landbouw- als natuurdoelen, aldus Pietersen.

De doelgroep voor het project zijn boeren en tuinders die actief zijn in verschillende agrarische sectoren. "We willen aandacht geven aan alle agrarische ondernemers die goed op weg zijn met duurzaam agrarisch bodem-, water- en biodiversiteitsbeheer. Het gaat om agrariërs die bezig zijn met of interesse hebben in het investeren in een natuurinclusief verdienmodel of keteninnovatie. Dus niet alleen de biologische melkveehouder aan de rand van Amsterdam met een mooie kaas, maar ook de akkerbouwer uit de Wieringermeer met een nieuw mengsel groenbemester." De meest algemene maatregelen die worden toegepast, zijn het aanwenden van vast mest, het aanpassen van bandenspanning om bodemverdichting tegen te gaan, het toepassen maatregelen om erfafspoeling te voorkomen, het aanpassen van spuitdoppen om emissies van gewasbeschermingsmiddelen te verlagen, maatregelen voor weide- en akkervogels en erfbeplanting. "Het complexe aan natuurinclusieve landbouw is dat er uiteenlopende visies bestaan over wat het precies is. Door als agrarische sector zelf invulling te geven, geef je het startsein en voorbeeld om het beter te gaan doen."

Geen financiële zekerheid

Ruim 60 procent van de boeren en tuinders geven aan dat financiële onzekerheid de grootste belemmering is om aan natuurinclusieve landbouw te doen. Vooral de lange terugverdientijd van investeringen en het ontbreken van een overbruggingskrediet, bijvoorbeeld bij bedrijfsovernames, weerhouden mensen ervan om (gedeeltelijk) over te schakelen. Externe financiering voor extra biodiversiteitsmaatregelen kan helpen. "Landbouwportaal Noord-Holland is een goed initiatief om het geld rechtstreeks op het boerenerf te krijgen. Ook kan subsidie hiervoor in het GLB worden opgenomen." 38 procent van de ondervraagden ontvangt een extra bijdrage voor het toepassen van BWB-maatregelen. Dit geld is veelal afkomstig uit Europese en landelijke subsidies en in mindere mate van certificeringsschema's van ketenpartijen en coöperaties. De algemene kritiek vanuit ondernemers op certificeringschema's is dat de randvoorwaarden voor voedselproductie veeleisender worden, waardoor de kostprijs voor voedselproductie toeneemt. "De korte ketenmarkt is op dit moment een nichemarkt. Het is moeilijk om prijsafspraken met de retail te maken over een meerprijs voor producten uit natuurinclusieve landbouw. Om die discussie te openen, is een gesprek met de ketenpartners nodig in wat de daadwerkelijke kosten zijn van duurzame voedselproductie." Een kleinere groep ondernemers geeft aan liberale pachtvoorwaarden en landelijk mestbeleid als belemmerende factoren voor natuurinclusieve landbouw te zien. Minister Carola Schouten heeft aangegeven de pachtwet onder de loep te nemen. Pietersen ziet goede kansen in het aangaan van samenwerkingsverbanden tussen bijvoorbeeld een veehouder en een akkerbouwer om land uit te ruilen, om natuurinclusieve landbouw in een bepaald gebied te bevorderen. "Door samenwerking op een positieve manier te stimuleren, kunnen innovatieve bouwplannen met rustgewassen een win-win-situatie voor de biodiversiteit en de bedrijven opleveren. Het project Vruchtbare Kringloop Noord Holland is hier een mooi voorbeeld van."