Snoes

We zaten aan tafel voor het traditionele kerstdiner bij mijn oudste zus, een perfectioniste. Uit haar kerstboom vallen geen naalden, zal ik maar zeggen. Het klapstuk elk jaar is haar zelfgebraden rollade. Een feest om te zien en te eten.

'Waar is Snoes?', vroeg mijn man nadat hij een tweede bord avocado-crèmesoep had opgeschept.

Snoes is de uit de kluiten gewassen Deense Dog die mijn zus vier jaar geleden uit het asiel heeft bevrijd. Zo noemde ze dat. Wat ze in dat asiel deed, is mij een raadsel, maar dat ze voor Snoes gevallen is, kan ik helemaal begrijpen. Het is een bovenste beste goeie lobbes. Er zit werkelijk geen kwaad in dat beest. Dat wil ik hier toch even benadrukken.

Snoes lag niet in zijn mand. En het was stil in huis. Zo'n stilte die ik maar al te goed ken uit de tijd dat mijn kinderen klein waren en ze iets uithaalden waarvan ze heel goed wisten dat het niet mocht. Plotseling dachten wij allemaal hetzelfde. Met mijn zus voorop renden we naar de keuken. Het was te laat. Op de marmeren vloer lag Snoes en hij kauwde heel rustig op die voortreffelijk bereide rollade. Zelden heb ik zo'n tevreden hond gezien.

Mijn zus was allerminst tevreden. Ze stond op het punt haar geliefde Snoes bij z'n lurven te pakken, op te sluiten in de bijkeuken en hem er pas na de nieuwjaarsbrunch weer uit te laten. Maar ze herpakte zich. Ze gebood ons terug naar de tafel te gaan en verdween zelf in de keuken. Nog geen half uur later zaten wij te smullen van gegrilde groentekransjes, geglaceerde regenboogwortels en een groentetorentje van rode biet. 'Nou ja', zei ze terwijl ze haar servet op haar schoot legde, 'de trend dit jaar is vegetarisch, nietwaar?'

Snoes lag weer in zijn mand bij de open haard. Met zijn kop op de rand keek hij ons met zijn goeiige hondenogen aan. Het was het perfecte kerstplaatje.