Oudere blijft liefst zo lang mogelijk thuis
De Nederlandse oudere blijft het liefst zo lang mogelijk thuis wonen. Dat is ook de visie van de overheid. Haar beleid is erop gericht, dat ouderen zo lang mogelijk zelfstandig blijven wonen. Indien zij gezondheidsproblemen krijgen, kunnen zij zorg en ondersteuning thuis krijgen. Ouderenzorg is vergeleken met enkele decennia geleden drastisch veranderd.
De overheid wil in de ouderenzorg een persoonsgerichte aanpak mogelijk maken onder het motto: Zorg thuis of dicht bij huis als het kan, verder weg als het moet. Verzorgingshuizen zijn bijna verleden tijd, verpleeghuizen worden kleiner. Langer thuis wonen is mogelijk met aangepaste woningen, zorg of ondersteuning thuis. Ouderen kunnen deze zorg aanvragen bij gemeente of wijkverpleegkundige. De gemeente levert huishoudelijke hulp, passend vervoer, dagbesteding en woningaanpassingen.
Wijkverpleging valt onder het basispakket en heeft geen eigen risico. Onder wijkverpleging valt verpleging en verzorging thuis, zoals wondverzorging, insuline spuiten en het toedienen van medicijnen. De wijkverpleegkundige mag indicaties stellen. In de thuiszorg werken ook lager opgeleide zorgverleners, zoals helpenden en verzorgenden, die eenvoudiger zorg leveren, zoals steunkousen aantrekken en douchen met mensen. Ten slotte zijn er gespecialiseerde teams van verpleegkundigen die medisch technische zorg leveren.