Column Z Lijner

Nog één keer over de harddraverij

Wat was het een feest op die 2e donderdag in september. De kortebaandraverij in Purmerend scoorde wat mij betreft een vette tien. Een prachtige baan, prima verzorgd, duizenden bezoekers, het best denkbare veld met paarden en pikeurs, prima geluid en beeld en uitsluitend vrolijke gezichten. De organisatie verdient een dikke pluim.

Boven dit prachtige evenement pakken zich echter donkere wolken samen. Wat is het geval? De omzet van de totalisator (het wedkantoor waar men al voor een paar euro een weddenschap kan afsluiten) komt voor een deel ten goede aan de organisatie. Een bron van inkomsten die de harddraverijvereniging hard nodig heeft om de kortebaandraverij te kunnen organiseren.

De overheid heeft echter bepaald dat vanaf 2021 30% kansspelbelasting geheven gaat worden. En dat gaat ten koste van het bedrag dat de lokale organisaties van de totalisator kunnen verwachten. Een fikse tegenvaller die het voortbestaan van menig draverij gaat bedreigen. Het is dan ook niet verwonderlijk dat de 27 burgemeester van gemeenten waar een draverij een jaarlijks hoogtepunt zijn, bij de Staatssecretaris van Financiën aandringen op een herziening van het voornemen. Ook onze eigen burgemeester Don Bijl ondertekende de brief aan Staatssecretaris Snel. En gelijk heeft ie. Je moet er toch niet aan denken dat onze eigen draverij, de grootste reünie van oude en nieuwe Purmerenders verloren gaat.

Kom op Staatssecretaris. Die paar centen zijn voor u maar een miniem druppeltje op een gloeiende plaat, maar dezelfde centjes zijn voor de organiseren vrijwilligers onmisbaar. Misschien helpt het dat wij aan de Staats laten weten dat wanneer hij zijn onzalige plan doorzet wij nooit meer een cent zullen inzetten bij de totalisator. Een vorm van protest die de Staatssecretaris in de portemonnee zal raken. Wie niet horen wil moet maar voelen.