Afbeelding
(Foto: aangeleverd)

Zorg: belangrijkste plannen voor 2020

In 2020 trekt het kabinet € 50 miljoen extra uit om mensen in de zorg op te leiden. En om te zorgen dat professionals in de zorg blijven werken. Dit geld komt boven op de € 370 miljoen die het kabinet al eerder beschikbaar stelde. Zo intensiveert het kabinet het programma 'Werken in de zorg'.

Huisartsen en de wijkverpleging krijgen in 2020 € 100 miljoen extra om meer zorg in de buurt te kunnen bieden. Het totale budget voor huisartsen komt daarmee uit op (een geraamde) € 3,2 miljard. Voor de wijkverpleging is het totale budget geraamd op rond de € 4,1 miljard. Zorg vlakbij huis en thuis (huisarts, wijkverpleegkundige, beeldbellen) is prettig voor mensen.

En kan voorkomen dat mensen uiteindelijk meer (en duurdere) zorg nodig hebben. Zorg in de buurt kan bijdragen aan beheersing van de zorgkosten en de premie die mensen moeten betalen. De reële uitgaven in de ziekenhuiszorg mogen in 2020 met maximaal 0,6% toenemen.

In de geestelijke gezondheidszorg is dat maximaal 1,1%. Ouderen en chronisch zieken betalen vanaf 2020 maximaal € 19 per maand voor een maaltijdservice, vervoerspas of boodschappendienst. Die bijdrage voor algemene voorzieningen uit de Wmo hangt nu nog af van de hoogte van hun inkomen. In 2019 gold dit abonnementstarief al voor maatwerkvoorzieningen als een scootmobiel of individuele begeleiding.

Het kabinet stelt tot en met 2021 ruim € 1 miljard extra ter beschikking voor de jeugdzorg.

Gemeenten krijgen hiermee extra middelen om hulp en ondersteuning te bieden aan kwetsbare jongeren. In 2020 stelt het kabinet € 65 miljoen extra beschikbaar aan gemeenten, zodat zij zorg en ondersteuning in de eigen omgeving kunnen bieden aan mensen met psychische aandoeningen. Dit bedrag loopt op tot € 95 miljoen in 2022.