Maak ramen, koplampen en achterlichten schoon, zodat je goed zicht hebt en anderen jou kunnen zien.
Maak ramen, koplampen en achterlichten schoon, zodat je goed zicht hebt en anderen jou kunnen zien. (Foto: Ford Media Center)

Rijden in de winter: vijf tips om veilig thuis te komen

REGIO - Sneeuw, ijzel, regen, duisternis, wind én een verblindende laagstaande zon. Het zijn de redenen waarom veel bestuurders rijden in de winter niet prettig vinden. Waar moet je aan denken als je wel de weg op gaat? Hieronder enkele tips en uitleg.

Uit Nederlands onderzoek naar het effect van weercondities op de verkeersveiligheid (Bijleveld & Churchill, 2009) blijkt dat er een verdubbeling van het aantal verkeersdoden is tijdens neerslag. En dat dit vaker gebeurt in de herfst en de winter dan in de lente en de zomer. In Nederland gebeuren ongeveer vier keer zo veel ongevallen tijdens regen. En het regent vaak.

In het donker

Ook het donker speelt mee. Meer dan de helft van dodelijke ongelukken op snelwegen vindt 's nachts plaats. Vooral jonge bestuurder hebben tussen acht uur 's avonds en twee uur 's nachts op vrijdag of zaterdag de grootste kans op een ongeluk. En misschien ook meer, het zijn natuurlijk de uitgaansavonden.

Daarbij verongelukt in Europa in de donkere maanden van het jaar, van oktober tot en met maart, een groter aantal voetgangers bij een incident met een voertuig, dan in elke andere periode van het jaar.

Bij jonge bestuurders speelt ook het gebrek aan rijervaring mee. Een slechte voorbereiding, speelt ook mee, dat blijkt in een rapport van het Europees Observatorium voor de Verkeersveiligheid.

Vijf tips

Bij slecht weer en in het donker: houdt voldoende afstand op voorgangers en verlaag de snelheid. Bij gladde wegen telt elke seconde.

Om te voorkomen dat je de controle over de auto verliest is het belangrijk om licht te schakelen, remmen, sturen en vloeiend gas te geven.

Maak ramen, koplampen en achterlichten schoon, zodat je goed zicht hebt en anderen jou kunnen zien.

Ga met een lage snelheid, in een lage versnelling met een hoger toerental door plassen. Test de remmen wanneer je de plas voorbij bent.

Kijk bewust naar het punt waar je naartoe wilt. Als je begint te glijden, stuur dan rustig tegen. Glijdt de achterkant van de auto naar links, stuur dan naar links en voorkom dat je moet remmen. Glijdt de auto over de voorwielen weg, stuur dan niet verder in, maar laat het gas los.

Rij veilig! (Bron: Ford Media Center)