Afbeelding
(Foto: Aangeleverd)

Kabouter Spillebeen

'Op een grote paddenstoel rood met witte stippen zat kabouter Spillebeen heen en weer te wippen', zingt zachtjes een moeder achter mij in de trein. Ongemerkt gingen ook mijn knieën heen en weer. 'Krak zei toen die paddenstoel met een diepe zucht...', gaat de moeder verder.

'Gilhuis heette de juf. Ze kon inderdaad hard gillen'

'Wat een domme kabouter is dat! Wie gaat er nou zitten wippen op een paddenstoel', roept het zoontje uit.

Als vanzelf dwaal ik terug in de tijd. De kleuterschool in Rotterdam. De geur van de zandbak. Het muurtje waar we op zaten om onze avonturen te vertellen. In de klas zongen we ook vaak dat liedje van kabouter Spillebeen. Zo onschuldig allemaal.

Gilhuis heette de juf. Zij kon inderdaad hard gillen. Mijn grote zus was daar ook juf. Wij liepen samen naar school. Een heel eind was het. Zij met hele grote stappen want ze had lange benen. Ik moest bijna drie keer zo hard lopen om haar bij te houden. Zodra we in de straat van de school kwamen liet ik snel haar hand los. Niemand mocht zien dat zij mijn zus was.

Zelf werd ik ook vaak 'Spillebeen' genoemd. Niet omdat ik op een kabouter leek maar omdat ik dunne beentjes had. Tussen de middag at ik wit brood met extra gekleurde hagelslag om dikkere benen te krijgen. Het was mijn taak om onder de tafel de kruimeltjes op te rapen. Ondertussen moest ik altijd stiekem kijken naar die lange benen van mijn zus en vroeg me af hoe zij moest plassen met al die kleren aan.

'Zelf werd ik ook vaak 'Spillebeen' genoemd, vanwege mijn dunne beentjes'

Terug naar het heden. Hersenkronkels kunnen rare bokkesprongen maken. Kindertjes Koedijk en Sint Pancras verdwijnen in de paddenstoel. Kabouter Spillebeen ondergaat een metamorfose in de vorm van meester Alkmaar. Die gaat bovenop de paddenstoel zitten. 'Afblijven, van mij!', jengelt hij.

En toen gebeurde het: 'Krak zei de paddenstoel met een diepe zucht…'

©Tom van Rossum