Afbeelding
(Foto: )

Komt goed!

Mijn jongste zoon zegt veelal aan het einde van een vragend gesprek: ‘komt goed’. En dan laat ik hem weten: ‘dat zeg je altijd, komt goed.’

De meeste dingen gaan vanzelf over of voorbij. De overlevenden weten dat.

Het overgrote deel van de wereldbevolking is ongewild de wereld opnieuw binnengewandeld in een tijdperk waarin een onaangenaam virus heerst. Een gedwongen periode om tot bezinning te komen in een krankzinnige samenleving van vierentwintig uurs economie, een opgejaagd leven, geen tijd hebben, druk druk druk en uiteindelijk gestopt worden, tijdelijk dan, door een migraine of een burn-out. Maar nu is het ernst. Nu moeten we gaan nadenken wat we willen, welke kant het op moet en over herinrichting van leven. Oogkleppen af en ogen open… zien wat we niet wilden zien.

Vorig jaar voorjaar kocht ik een clematis in een potje bij een supermarkt. Het was alsof ik een uitgehongerd hondje kocht die zojuist bij een dierenasiel was achtergelaten. Thuisgekomen haalde ik het armtierige plantje voorzichtig uit het potje en zette het in de grond van de tuin, dicht tegen een schutting, voor het klimmen. Bij mezelf dacht ik dat het niet ging lukken. Na een week werd ik bang dat het plantje dood was. Tegen beter weten in, mijn gevoel, bleef ik water geven. Toen keek ik er niet meer naar om.

Ik kreeg een soortgelijk plantje – het was een passiebloem. Zag er ook niet uit, maar had kennelijk zoveel kracht dat het binnen de kortste keren een uitgerekt lint vormde met bloemen. Een plaatje. De gever had een goede hand van plantje pakken gehad; zeg maar ‘een juiste keuze gemaakt.’

Toen ik weer eens naar de clematis keek zag ik kleine groene blaadjes en verse takjes groeien. Snel wat water erbij. Langzamerhand begon ook de clematis te groeien en te klimmen, zoals dat hoort. Maar toen was de zomer voorbij en deed de herfst en winter hun intreden. De clematis ging hopelijk in een winterslaap, maar begin dit jaar dacht ik echt: ‘die is er geweest.’

Het is nu voorjaar. De clematis groeit en klimt als ooit tevoren. Hij of zij doet het prachtig. Ik moest aan de uitspraak van mijn jongste zoon denken: ‘komt goed pa!’