Afbeelding
Slot Purmersteijn, ong. 1610. (Foto: Waterlands Archief)

Van dorp tot Marktstad

PURMEREND - In 1984 was het groot feest in Purmerend tijdens de viering van 500 jaar marktrechten. Daterend uit 1484 dus, die marktrechten, die de nederzetting op die veenterp, omringd door het vele water van Purmermeer, Beemstermeer en Wormermeer, op de kaart zette. Hoewel, gehandeld werd er evengoed al, en Purmerend was al op de kaart gezet door niemand minder dan Willem Eggert, wiens naam nog steeds volop rondwaart in de stad en later zelfs door de edele familie Van Egmond, vooral beroemd uit de 80-jarige oorlog.

De Amsterdamse koopman Willem Eggert werd in 1410 door graaf Willem VI leenheer gemaakt van de hoge heerlijkheid Purmerend en Purmerland, dat toen zo’n 500 inwoners telde. Hij mocht er ook een slot bouwen, dat tussen 1410 en 1413 tot stand kwam: Slot Purmersteijn. Dat slot was, tot het in verval raakte (het werd afgebroken in 1741) een waar pronkstuk. Via een lange houten brug die begon voor voormalig café Het Paradijs aan de Neckerdijk kwam men bij de ingangspoort. Sierlijke trappen, marmeren vloeren, wit gepleisterde muren en beschilderde plafonds. Misschien moeilijk voor te stellen wanneer je bij de overblijfselen ervan staat op het huidige Slotplein.


Willem Eggert overleed in juli 1417. Zijn zoon Jan Eggert werd geïnstalleerd als heer van Purmerend, maar nadat hij de Purmerheerlijkheid verkocht ging het over in verschillende handen tot het in 1484 in bezit kwam van Jan van Egmond. Het bleef in deze vooraanstaande familie tot in 1579 de laatste heer van Purmerend, Filips van Egmond, zijn bezittingen verloor door zijn keuze voor Filips II. Het slot vervalt uiteindelijk in 1582 aan de Staten van Holland. Het diende nu voor vergaderingen en ontvangsten van dijkgraven en officieren en was decor voor al het overleg rondom de droogmaking van de Beemster.


Met de marktrechten in 1484 kon Purmerend uitgroeien tot een volwaardige stad en dé marktstad van de regio. Niet in minst geholpen door de nieuwe en uiterste vruchtbare Beemsterpolder.



dat vanaf 1612 met diens vruchtbare gronden de Purmerendse markten voorzag van overvloedige zuivel- en fruitproducten en vee.


Een historisch moment in het slot was daarna de uitgifte van de nieuwe gronden aan hun eigenaren. Ook historisch was, eveneens in 1612, de ontvangst van de prinsen Maurits en Frederik Hendrik. Zij brachten toen een bezoek aan de drooggelegde Beemster en logeerden op het slot dat nadien een echte Prinsenkamer had. Ook de hoofdingelanden van de nieuwe polder vergaderden nog tot ver in de volgende eeuw op het slot.