''Kijk om je heen, voel het. Het kan verkeren.''
''Kijk om je heen, voel het. Het kan verkeren.'' (Foto: Pexels.com)

'Donkere dagen kunnen verdwijnen als sneeuw voor de zon'

De ene week een slee-afdaling in de Egmondse duinen en een week later een strandwandeling in korte broek. Van prikkelende kou naar masserende warmte. Van een prachtig winters én oer-Hollands schaatsweekend naar een verbluffend mooi lenteweekend. Van afstandelijkheid onderling naar elkaar weer vriendelijk begroeten in het zonlicht. Van uitzichtloos binnen zitten naar hoopvol naar buiten treden. Letterlijk en figuurlijk. Donkere dagen die als sneeuw voor de zon kunnen verdwijnen. Hoopvolle lentekriebels. Kortom, het stroomde over van typerende symboliek deze dagen. Even geen kopzorgen. Voelde jij het ook zo?

Column: Michel Ranzijn

Bijna twintig graden verschil in amper zeven dagen tijd. En wat mooi om mensen weer blij te zien. Genietend van het leven. We hadden het zo ontzettend hard nodig, want was dat even geleden? Even waanden we ons weer zorgeloos. Gelukkig maar, het kan dus verkeren.

Hoopvolle lentekriebels

Zorgeloos

'Het kan verkeren', was de lijfspreuk van Amsterdamse dichter Gerbrand Adriaenszoon Bredero (1585 - 1618) waarmee hij de wisselvalligheden van het leven samenvatte in drie woorden. Dat uitte zich ook in zijn werk. De ene dag liet hij de euforie zien om de andere dag het pessimisme in de verf te zetten. Ik vond zijn lijfspreuk zeer kenmerkend voor waar we nu in zitten. De ene dag lijkt het allemaal erg goed te gaan - dalende besmettingen en gelukkig weer wat branches/zaken die open mogen - en de andere dag moeten we horen dat de nooit onderbouwde avondklok weer wordt verlengd, omdat er een verschrikkelijke corona-variant op de loer ligt. Om nog maar te zwijgen over de onzinnige mondkapjes die we nog steeds moeten dragen. Hoe lang houden we dit nog vol? Hoe dan ook: hoe lekker is het om dan even zorgeloos van het weer én elkaar te kunnen genieten? En misschien nog wel positiever: het kan dus verkeren. Kijk om je heen, voel het. Ik herhaal nog eenmaal: het kan verkeren.

Alarmbel

Ik wil het daarom helemaal niet hebben deze keer over de negatieve impact van de maatregelen. Natuurlijk is het veelzeggend dat er een brandbrief is gestuurd naar het Ministerie van Economische Zaken namens de vier portefeuillehouders van Economische Zaken van de BUCH-gemeenten. Uitgeest, Heiloo, Castricum en Bergen trekken aan de alarmbel: lokaal MKB dreigt om te vallen. Zij hebben nu hulp nodig. En het virus dan? Ja, natuurlijk moeten we ervoor zorgen dat kwetsbaren geholpen worden zodat zij niet getroffen worden door het coronavirus, maar de economische, sociale en psychische nevenschade blijft zich in de tussentijd opstapelen tot onherstelbare hoogte. Onevenredig, vind ik. Maar hier wilde ik het helemaal niet over hebben en toch doe ik het weer. Voor de scherpe lezer: dit gaat geheel in de stijl van 'het kan verkeren' (haha). Ik wil namelijk heel snel terug naar die 'vibe' van afgelopen weekend met het lentezonnetje als grote vriend. Sterker nog: ik wil daarin blijven hangen.

Moed en hoop

Geef mij dat vuurtje maar weer, ik doe er wel wat hout bij. Begrijp me goed, stoken is in dit geval wat anders dan opruien. Dat positieve gevoel wil ik jou ook meegeven en dat doe ik aan de hand van een mooi voorjaarsgedicht van Henriëtte Roland Holst-van der Schalk. Vanwege auteursrechten kan ik dat gedicht helaas hier niet opnemen, maar deze is op te zoeken voor de liefhebber. Het komt er kortgezegd op neer dat hoe ellendig de wereld er soms ook uit kan zien: stap naar buiten in de lentezon en spontaan kan alles positief veranderen. Daarbij is het lenteweer in haar gedicht haast vanzelfsprekend symboliek voor moed en hoop. Daar vertrouw ik op, want in een week tijd kunnen donkere dagen blijkbaar verdwijnen als sneeuw voor de zon. Het kan (verkeren).


Reageren op deze column? Mail naar michelranzijn@rodi.nl