Afbeelding
(Foto: Ed Bausch)

‘Bel Ootes, als er één dood is’

BERGEN - Al een eind in hun tachtiger jaren zijn ze, Cees en Hilda Ootes. Vanaf het eind van hun tienerjaren zijn ze samen, hebben ze ook altijd samen gewerkt. Dat wordt straks steeds meer alleen, maar met evenveel liefde, samenwerken in het huishouden. Want op 11 april neemt Cees na 65 jaar dan uiteindelijk afscheid als koster bij de Bergense Petrus en Pauluskerk. Velen zullen zich zijn uiterst stijlvolle en tip top verzorgde verschijning herinneren, als koster en voorop lopend bij een begrafenisstoet door het dorp. Want Cees en Hilda leidden ook lang een uitvaartonderneming. ‘Bel Ootes, als er één dood is’, was de slogan.

DOOR: ED BAUSCH

“SOMS ZAG MEN MIJ AAN VOOR DE BRUIDEGOM”

De soms ingehouden humor straalt als altijd van het echtpaar af. Maar heel serieus hebben ze sinds hun achttiende iedereen gediend. Cees (Westbeemster, 1937) vooruitgeschoven als misdienaar, koster of uitvaartleider. Hilda op de achtergrond aanwezig. Altijd samen, altijd bereid om klaar te staan voor wie ze mochten of moesten dienen. Sinds vier jaar wonen ze bij een kruispunt van echt Bergense laantjes. Het is duidelijk hoezeer ze gekend zijn, want het zwaaien door de ramen gaat de hele dag door. “Wie van de jongens wil misdienaar worden”, zo luidde de vraag van de pastoor in zijn geboortedorp, waar hij opgroeide naast de katholieke kerk. Cees stak zijn vinger op, kreeg les van de zusters en zo begon sloeg hij al in zijn jeugd een nieuwe weg in. Hij was toen tuinier, volgde de Tuinbouwschool in Zuid Oost Beemster en werkte ook in tuinen, maar het dienen in de kerk trok ook. Een test wees uit waar hij geschikt voor was: tuinman of koster…Koster is hij dus geworden en nu dan uiteindelijk weer tuinier. In de eigen tuin die hij zelf helemaal bijhoudt rond hun vierde woonplek in Bergen.

Onderscheiden door Paus Johannes Paulus de Tweede

"Maar soms had ik wel meer dan 300 meter heg te onderhouden”. De taak als koster is breed, wil hij maar zeggen. Hij volgde de kostersopleiding in Alkmaar en sloot af ‘met grootste onderscheiding'. Hilda toont trots de ingelijste diploma's. Na het interview belt hij op. "Helemaal vergeten te zeggen dat ik van Johannes Paulus de Tweede bij mijn veertigjarig jubileum de Pauselijke onderscheiding heb gekregen, Pro Ecclesia Ponti Fice.” Hij begon als koster in zijn Westbeemster, nog echt een hele jonge man. Daar werd hij voor het eerst geconfronteerd met opkomend vrijwilligerswerk, dus geen honorering.

Lees verder op pagina 14