Ingezonden brief

Dienstverlening II

Onlangs toog ik met een formulier naar het gemeentehuis voor het afleggen van een ondersteuningsverklaring. Met dit formulier verklaarde ik dat ik een kandidatenlijst ondersteun van een politieke groepering voor de verkiezing van de Tweede Kamer der Staten-Generaal. Politiek participeren dus. Een brief van de demissionaire minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, mevrouw K.H. Ollongren, had ik ook meegenomen. In het kort gaf zij in deze brief het volgende aan voor de burgemeester(s). "Kiesgerechtigden de gelegenheid moeten krijgen om ‘zonder afspraak' een ondersteuningsverklaring af te leggen op het gemeentehuis.” Hiervoor verzocht zij deze brief onder de aandacht te brengen van degenen die binnen de gemeentelijke organisatie zijn belast met de voorbereiding van de komende Tweede Kamerverkiezing. Voor deze minister vind ik dit een nette manier van werken. Dit omdat ik in mijn stukje "Lokale Politiek II” van 21 maart 2019 al eens had geschreven dat minister Ollongren een felle strijd voert door middel van wetgeving en besluiten tegen de groei van lokale partijen. Helaas was haar brief niet onder de aandacht gebracht bij de baliemedewerksters door de burgemeester. De door mij meegenomen brief waarin stond dat ik ook ‘zonder afspraak' geholpen diende te worden daar hadden zij aan de balie(s) geen boodschap aan. Mij werd medegedeeld dat ik een afspraak moest maken! Ik kreeg een preek en voelde me een onderdaan. Reikt de invloed van de demissionaire minister dan toch tot op het gemeentehuis? Ook moest ik denken aan een Raadsvergadering waarin notabene de wethouder nog beloofde om één balie sowieso open te houden waar mensen terecht konden zonder afspraak. Met dien verstande omdat het niet iedereen lukt om vooraf een afspraak te maken via Internet. Ook moest ik denken aan mijn stukje "Participatie II” van 22 augustus 2019. Hierin omschreef ik de Omgevingswet waarin participatie uitvoerig wordt omschreven. Beter luisteren door de gemeente en het betrekken van inwoners staan centraal in deze wet. Echter een rapport van de Rekenkamercommissie Beverwijk vermeldde al dat de gemeente soms onbetrouwbaar, wispelturig en arrogant genoemd werd. In het contact met de burger is de gemeente vaak overrompelend. Ook in de door de gemeente Beverwijk notabene opgestelde visie "Meedoen” staat zelfs beschreven "In de gemeente Beverwijk staat de inwoner centraal”. Of lag het dan toch aan mijn jas met capuchon en bontkraag? Al eerder had ik mijn vraagtekens gezet over bovenstaande. Dit beschreef ik op 31 oktober 2019 in het stukje "Dienstverlening”. Dit betrof de burgers die maar geen reactie kregen op door hen verstuurde brieven. Ik droeg toen ook de oplossing aan, namelijk een privaat instrument in de publieke sector. Toetsen aan het internationale ISO 9001 kwaliteitskeurmerk. De certificering geeft een impuls aan het lerend vermogen van de organisatie met als doel de kwaliteit van de dienstverlening systematisch te verbeteren en te ontwikkelen. Blijkbaar vond de burgemeester dit niet nodig om te implementeren. Ik houd dan ook mijn hart vast voor al die burgers en ondernemers die straks ‘steun' nodig hebben vanwege de Coronapandemie en naar het gemeentehuis toe gaan. Wanneer gemeenten voor zichzelf nog maar een beperkte rol weggelegd zien, is Nederland weer hard op weg om weer een nachtwakersstaat te worden. De enige taak van de overheid is in beginsel dan het garanderen van de veiligheid van haar inwoners. Onze burgemeester heeft tenslotte hier al aan voldaan door onder andere de wijk Oosterwijk meerdere malen aan te wijzen als veiligheidsrisicogebied. Op 23 december 2020 werd de wijk zelfs belegerd/ omsingeld. Landelijke media openden er mee in hun nieuwsbulletins. In de wijk heet dit nu het "Beleg van Oosterwijk”. Helaas zijn wij weer terug bij af in de wijk. Had de burgemeester ook niet voor de inwoners van Wijk aan Zee dit gedrag kunnen tentoonspreiden? Dan had Tata in no time weer geopereerd binnen de milieuvergunning. Voor de wijk wordt straks gewoon weer een nieuw wijkplan geschreven. Ons probleem als inwoners is echter dat we het dan weer met de gemeente moeten doen. Een externe adviseur zal dan wel weer de opdracht krijgen om iets uit te voeren. Hoogstwaarschijnlijk krijgt hij hetzelfde betaald als zijn voorganger. Die kreeg € 104.000 per jaar voor slechts 16 uur werken in de week. Ze zijn zo moeilijk te vinden deze adviseurs zei de wethouder nog tegen de Raad. Vrij vertaald uit het Frans is stadhuis ‘hotel van de stad'(Hôtel de ville). Hier spreekt een bepaalde mate van gastvrijheid en dienstbaarheid uit.

De verticale relatie tussen burger en overheid dient voor het welslagen van de omgevingswet te veranderen in een horizontale verhouding. Het wordt tijd dat de gemeente Beverwijk voor zichzelf weer een taak gaat zien om (kwetsbare) bewoners de helpende hand te bieden. Deze rolopvatting kunnen we dan aanduiden als "het voorzichtig implementeren van de omgevingswet”. En over de niet nagekomen toezegging van de wethouder, daar ga ik vragen over stellen.


Mendes Stengs,

Raadslid Samen Lokaal