Gerrit Dekkers als soldaat in 1940 in Bagijnhof in Medemblik.
Gerrit Dekkers als soldaat in 1940 in Bagijnhof in Medemblik. (Foto: aangeleverd)

'Wat ik met Fischer heb meegemaakt'

REGIO - Dick Dekkers (74) uit Heemskerk deelt het verhaal van zijn vader Gerrit Dekkers (Hengelo), die als soldaat in Medemblik terecht kwam. Zijn vader beschreef op 75 jarige leeftijd zijn oorlogsjaren in briefvorm voor het nageslacht. Sta eens stil bij de mensen die een oorlog hebben meegemaakt. In de Tweede Wereldoorlog zijn in diverse landen veel slachtoffers gevallen. Die mogen wij niet vergeten.

Gerrit schreef: Tot augustus 1944 ging alles redelijk. Toen kwam Fischer in mijn leven. Ik werd geslagen en mishandeld. Tot de top van het verzet zich er mee bemoeide. Verzetsmensen John en John waren naar Fischer gegaan. Zijn vrouw was Spaans. Ze zouden Franco wel even inlichten. Na die dreiging werd ik herhaaldelijk in bescherming genomen door Fischer. Zijn moorden, 'ershiezen', hadden al aandacht getrokken van het verzet. Hij liet verzetsmensen oppakken en doodschieten. En ik werd door hem in bescherming genomen. Je had die gezichten moeten zien van die soldaten, officieren van de Wehrmacht. "Das ist unseren bauerknecht." Ik kon geen kwaad doen, onvoorstelbaar!

Ik maakte in 1944 voor het eerst kennis met Fischer, S.D. kommandant voor Noord-Holland Noord. Volgens mij één van de Drie van Breda: Fischer, Aus der Funten en Kotälle, een Pool (noot redactie: deze W. Fischer was niet één van die drie). Wat ik met Fischer meegemaakt heb, is een boek vol. Als ik hem ergens op wees, stond die 'Grune Polizei' met open mond te luisteren. Of... Fischer beet me toe "Du bist kein bauerknecht". En hij tegen me 'blafte': "Weg".

Uberfall

Het was eind 1944, dat we een 'Uberfall' hadden van Fischer en de 'Grune Polizei'. Die ervaring vergeet ik nooit. Afschuwelijk. Ik werd door Fischer persoonlijk in elkaar geslagen. Ik kon geen kant op, kon niet vluchten, in de keuken van de Stadsboerderij stonden zes 'Grune' te lachen. Eindelijk kwam het hoge woord eruit. "Wo sind die jungen". Ik zei tegen Fischer dat die er niet waren. Zijn antwoord was nog meer klappen. Tot mijn schoonvader Meijaard binnen kwam en zei: "Her Commandant, wij hebben geen onderduikers." Fischer en Meijaard de schuur in en de zolder op. Geen jongens, dat klopte, want ik had ze twee nachten daarvoor weggebracht. Ik bespaar je de ellende van vier jongelui wegbrengen: een uur lopen door weilanden... en dan weer terug, die stikdonkere nacht in. Ik heb het nog één keer gedaan. Na zestig jaar heb ik er nog last van. In je eentje met Duitsers om je heen. Ik ben toch gek geweest, echt niet normaal. Ik heb met mijn leven gespeeld.

Oostwoud

Meijaard had een koe gekocht in Oostwoud. Ik moest die halen, "bind hem maar achter de wagen". Ik ga via Twisk richting Oostwoud. Ik zie bij een boerderij wat Duitsers. Bij het station Oostwoud/Midwoud staan wel 200 á 250 Duitse militairen. De officier brulde wat tegen me, mijn wagen en paarden aan de kant gezet. De commandant komt straks en die beslist wat er met mij gebeurt. Er komt een groepje van zes man aan. De officier gaf uitleg en die groep komt mijn richting uit. Eensklaps stopt een man uit de groep, kijkt mij aan en begint hard te lachen. "Fischer, das ist doch unseren bauerknecht. Mit", zei hij tegen me. Zie je me lopen naast Fischer en vijf officieren? Om de hoek van de weg zie ik drie balen op de weg liggen. Ik schrok me rot, Fischer lachte, drie dode verzetsmensen. Ik was zo van slag, dat ik me meteen omkeerde. Fischer lachen. Hij sloeg me op mijn schouder en zei: "Du bist doch im krieg gewesen!" Bij terugkomst bij het station stuurde hij me weg... en ik had geen koe.

Provinciaal ziekenhuis

Drie mensen waren doodgeschoten Wieger Boonstra, Pieter Brittijn en Tiede Oost. Geert Hollander en Thom de Bos waren gevangen genomen bij een razzia. Twee mensen van de administratie waren doodgeschoten. Het Provinciaal ziekenhuis zat in de problemen. Via Dr. Haxe werd mij gevraagd of ik wou helpen. Ik had gezegd, 'bij onraad, ben ik weg, hoor'. Ik begon 1 april 1945 in het ziekenhuis om het werk van Brittijn voort te zetten, op de administratie. Op een morgen stond eensklaps Fischer voor me. Ik kon geen kant op en hij lachen. Fischer zei: "Und ich heb immer gesagt du bist kein bauerknecht", De heer Kramer heeft hem aan dekens en andere spullen geholpen.

Ik denk dat ik hiermee de voornaamste voorvallen aangegeven heb. Maar je wist nooit of je het er levend vanaf zou brengen. Hij liet zo maar mensen doodschieten.

Gerrit Dekkers heeft geluk gehad om Fischer te overleven. Maar hij was nog niet van hem af. Fischer kwam op 17 april 1945 met zijn gevolg naar de boerderij. Meijaard zei: "wat komt hij doen, Ger". 'U hoort het als Fischer weg is.' Fischer had mij nog gezegd: "Bauerknecht, wir sprengen den deich". Ik kon het niet vertellen. Meijaard geloofde me toch niet. Op 10 mei hebben ze gecapituleerd. Op 11 mei stond Fischer met aanhang weer voor de deur. Fischer zei: "Ich kom mir verabschieden. Hoe is het mogelijk...

Gerrit heeft van dit alles zijn hele leven last gehad. Hij overleed op 90 jarige leeftijd in 2010. Dick vraagt aan iedereen die van Fischer wat weet om contact met hem op te nemen via dick.dekkers@ziggo.nl. Zo kan hij zijn verhaal compleet maken.

Fischer voor de rechter, leest u op www.rodi.nl - Medemblik.

Gerrit Dekkers met zijn geliefde Sientje Meijaard, december 1941.
Gerrit als boerenknecht van boer Meijaard.
Gerrit Dekkers, maart 1941.