'De winter van 1979, dàt was pas een winter!'
WOGNUM - Ad Steltenpool (72), oud medewerker van waterschap Westfriesland, heeft uit zijn archief een boekje opgedoken over de winter van 1979. "Er werd vlak voor 6 en 7 februari jl. geopperd dat deze vorstperiode wel eens gelijk kon worden aan de winter van 1979. Nou, gelukkig is het niet zo erg worden", vertelt de Wognummer.
De winter van 1979 duurde van 30 december 1978 tot na 14 februari 1979. Het begon in de nacht van 29 op 30 december met ijsregen. De leveranciers van onder meer slotontdooiers, ruitenkrabbers en zout beleefden hoogtijdagen.
Zoutvoorraad
"Omdat de medewerkers van het waterschap Westfriesland al vele malen in december voor gladheid waren uitgerukt, slonk de zoutvoorraad en Akzo ging over tot rantsoenering. Op 2 januari joeg er een sneeuwstorm over het land. Met man en macht en met de hulp van veel aannemers konden de wegen worden opengehouden in West-Friesland. Zodra de wegen weer opgedroogd waren, kwam er weer ijzel of sneeuw."
Onbegaanbaar
Op 13 en 14 februari werden op dertig plaatsen de wegen onbegaanbaar.
"Het werden Antarctische omstandigheden en met opzichter Jan Bennis moest ik mee om in Abbekerk te helpen bij het uitgraven van een vastzittende vrachtauto. 'Gas geven', zei Jan en we kwamen overal doorheen. Alles werd afgesloten en er was geen doorkomen meer aan op de terugweg. De shovel van de grasdrogerij Hartog werd ingehuurd en met een bak van vier meter breed schoof die in een ruk voor ons uit naar de garage in Zwaagdijk-West. Mijn taak bestond later uit het bakken van eieren, koffie zetten en snert warmen voor de mannen die bijna dag en nacht in touw waren. Sommigen gingen 24 uur door en het is niet voor te stellen dat men nu na bijvoorbeeld acht uur niet meer sneeuw mag ruimen als werknemer van de Arbo-wet."
Sneeuwvrij
De wind ging vrijdag 16 februari weer liggen en alle wegen werden sneeuwvrij gemaakt. "Door de strenge vorst was het ijs in de sloten 50 cm dik en toen het ging dooien kon het water niet weg. Met stootijzers moesten we de straatkolken gangbaar maken en bedenk dat het waterschap toen nog alle dorpskernen in de regio onderhield. Het waterpeil steeg met tientallen centimeters en overal overstroomde de boel, vooral rond Abbekerk. Met veegboten, kranen en zelf met een stoomapparaat werden de sloten van het ijs ontdaan en zakte het waterpeil weer tot normale hoogte. Rond 4 maart was de strijd gestreden. Dus wie denkt er nu nog dat we een echte winter hebben gehad?"
