Hans en Bob zijn gespannen, maar rijden een puike rally.
Hans en Bob zijn gespannen, maar rijden een puike rally. (Eigen foto Hans Weder)

Dagboek van een avontuur in de Tunesische woestijn

LANGEDIJK - Eind februari plaatsten wij een interview met Hans Weder. Hij vertelde daarin over zijn komende rally in de woestijn van Tunesië. Op ons verzoek hield hij van dit avontuur een dagboek bij. In, verkorte versie, hier de belevenissen van Hans en zijn navigator Bob Tromp.

Duidelijk is wel dat zij van deze ervaring genoten hebben en dat op een route van ongeveer 1400 wedstrijdkilometers er slechts drie navigatiefouten gemaakt zijn, een groot compliment!

Het gaat beginnen

De Sahara wacht… donderdag 11 maart: na een autorit naar Ermelo, waar het centrum voor de 4x4 rallyauto’s voor de Felix Rally is, gaan Hans en Bob per taxi naar vliegveld Brussel. Hun Toyota Landcruiser is de zondag ervoor reeds met een chauffeur richting Italië gereden om vandaar de oversteek naar Tunesië per boot te maken. De auto zal pas 12 maart arriveren, het valt niet mee om zomaar Tunesië binnen te komen. Na aankomst 11 maart in Douz, de vaste standplaats in Tunesië, ontdekken zij wat rijden in woestijnzand betekent. Hans en partner oefenen op zaterdag 13 maart en de auto rijdt zich al snel vast in het mulle zand. Bij uitstappen staan ze tot de knieën er in en moeten wachten op een sleepauto. Zondag 14 maart is de eerste echte rallydag. Veel publiek komt kijken en muziek maakt alles vrolijk.

Hans en Bob zijn gespannen, maar rijden een puike rally. Zij doen over de zware Sahararoute 2 uur, 59 minuten en 14 seconden, en rijden dan slechts 145 kilometers, wat aangeeft hoe moeilijk rijden in het woestijnzand is. De tweede race dag begint opnieuw uitstekend, het team raakt slechts één keer de route kwijt, maar Bob bewijst zijn kwaliteiten. Dan breekt er, met een snelheid op dat moment van 150 kilometer per uur, een vooras. Goddank gaat het team niet over de kop, ondanks een sprong van wel 7 meter. Maar wel vier uur wachten in de warme zon. Gelukkig hebben zij aan water gedacht! De bergingsauto haalt hen op en ze zijn om 17.00 uur terug in het bivak.

Rustig aan doen…

De derde dag, dinsdag 16 maart begint weer goed. Wel gooien een paar kinderen stenen naar hun auto en raken de voorruit. De schrik zit er nu wel even in. Na de problemen gisteren moet het team echt weer even op gang komt, dat lukt tot… de achteras het begeeft!. Een bout breekt af en weer is hulp noodzakelijk. Er wordt ter plekke provisorisch gelast en het advies is de nog te rijden 155 kilometer kalm aan te doen. Alle bouten in de betreffende as blijken los te zijn, en de as is krom. Gelukkig kan ook dat weer hersteld worden.

De daaropvolgende woensdag worden er in totaal 170 kilometer gereden in twee gedeelten en de mannen genieten intens. Slapen in een tentje en met de andere rijders samen eten in een grote tent, een unieke ervaring. Natuurlijk alles zeer primitief, van goed sanitair is geen sprake. Donderdag rijdt het team 300 kilometer, een zware dag en vervuild komen ze aan bij het hotel, waar ze een duik in het zwembad kunnen nemen.

Medaille en onverstaanbare speech

De laatste race dag, vrijdag 19 maart is ongeveer 100 kilometer lang. De mannen genieten nog steeds maar beginnen het thuisfront toch wel te missen. Zij kijken de ogen uit naar die rijders die, gesponsord met veel geld, de mooiste race spullen kunnen betalen, maar realiseren zich dat plezier hebben niets te maken heeft met geld! Tijdens deze laatste rit zijn zij na 300 meter al de weg kwijt, die zij gelukkig weer snel terugvinden. Bij terugkomst krijgen zij een medaille omgehangen en verstaan niets van de toespraken van de bobo’s!

De terugreis op zaterdag 20 maart, duurt weer lang, opnieuw door de bureaucratie die in Tunesië hoogtij viert… Om half elf vliegen zij naar Brussel om via Ermelo weer naar huis te rijden om in de armen van hun geliefden te kunnen vallen. Zaterdagavond 19.30 uur stapt Hans zijn woonkamer weer binnen, moe maar tevreden.

Hans Weder tot slot: “Dit was een reis om nooit te vergeten en ik ben heel dankbaar voor de mogelijkheid die wij gekregen hebben om aan deze zware rally mee te kunnen doen!”

En wij? Wij denken dat dit niet de laatste keer is dat Hans aan een dergelijk avontuur begint!

Hans Weder hield van zijn belevenissen een dagboekje bij.
Afbeelding