Vogeltelweekend

Samen met mijn vrouw besloot ik deel te nemen aan het tellen van vogels. Bovendien werd het weer eens tijd dat ik ervan op de hoogte was wat ik nu in de tuin had aan aantallen vogels. De Nationale Tuinvogeltelling is het grootste 'citizen science project van Nederland', las ik in de informatie. En verder de slogan: ‘Iedere vogel telt.’

Dat knoopte ik goed in mijn oren. Een pracht van een slogan. We moeten zuinig zijn met alles wat leeft en groeit in de tuin. De pure natuur is vaak dichtbij huis terug te vinden, vooral als je een tuin hebt. Een tuin brengt de natuur in je ziel, of de natuur van de tuin, kan ook. Ik vroeg me alleen af of nu mijn vogels in de volière ook mee moest tellen, daar was de brochure niet duidelijk in. Op de voorbeelden met vogels zag ik wel bijzondere vogels staan, maar of die nu in de tuin kwamen dan wel vrolijk fladderde in de volière, kon ik eigenlijk niet goed thuisbrengen. In ieder geval gingen we dit weekend de vogels tellen, het gaf rust in de tent, om het zomaar eens te zeggen. Even geen coronasores. Lekker achter het glas zitten en naar vogels kijken, zien wat zij doen en vooral op het formulier bijhouden wat er zoal komt aanvliegen. Vooraf wat brood gestrooid en pinda’s van goede kwaliteit geregen en opgehangen.

De eerste vogel was een vol gevreten zwarte raaf. Hij kwam langzaam de tuin in zeilen en bleef bovenop de haag rusten. Brutaal keek hij in de rondte. Toen kwamen er tien mussen aan. Die waren massaal uitgerukt om de raaf een pootje te lichten en ervoor te zorgen dat hij zo min mogelijk van het vogelvoedsel at. De raaf hield het voor gezien. Een roodborstje schoof aan bij de maaltijd van de mussen, vervolgens een rijstvogel. Zijn vacht was prachtig en glansde in het zonlicht. Als ik een dier was, dan wilde ik een rijstvogel zijn. Heerlijk aan de nasi met kip.

O jee, kip is natuurlijk ook gevogelte. Met dit koude weer telden mijn vrouw en ik ook nog twee ijsvogels, een ijsmeeuw en drie gele vinken. O ja, aan het einde van de dag kwam er nog een ekster langs, maar die vond de ‘hond in de pot’ – arm beest.