Visje consumeren

Na gedegen onderzoek staat het in mijn opinie vast: de lekkerste haring eet je of haal je bij Metz op Ameland of bij Molenaar in Wormerveer. Voor het eten van een harinkje op Ameland, daarvoor moet je echt op vakantie zijn – op het eiland dan. Even heen en weer rijden, tja, dat wordt een dure. Dus dan toch maar even de fiets gepakt om naar het Marktplein in Wormerveer te rijden voor een overheerlijk visje. 

Op de winkelruit was een vel papier geplakt. Dat plakte al een lange tijd. Er staat op vermeld dat er maar vijf klanten tegelijk in de winkel mogen zijn: corona hè. Maar het mondkapje hoeft niet meer. Gelukkig, eindelijk weer gewoon haring eten. Vooralsnog is het achteraan sluiten, in de rij. De rij was lang. ‘’t Zal mij benieuwen,’ zei de man voor mij, toen hij zich omgedraaid had, maar wel de anderhalve meter in acht nam. ‘Wat zal u benieuwen,’ vroeg ik. ‘Of er nog genoeg vis overblijft om te consumeren.’ ‘De viswinkel staat er al vanaf mijn geboorte jaar. Maar zij die erin staan… zij zijn uiteraard stukken jonger. Ik denk zo dat er genoeg is ingekocht, twijfel ik zelfs niet aan.’ De man had sceptisch gekeken, maar na mijn uitspraak kwam er op zijn face een glimlach tevoorschijn – en dat op deze zonnige zaterdagmiddag. ‘Dan valt er vast nog genoeg te consumeren,’ zei de man en daarmee was het korte gesprek voorbij. 

Ik trad de winkel binnen toen er nog vier klanten geholpen werden, want het personeel was in grote getalen uit Volendam gekomen, helemaal naar Wormerveer. ‘Wat kan ik voor u betekenen? vroeg de mooie verschijning aan de andere zijde van de toonbank. ‘Heel veel,’ antwoordde ik. ‘Bof jij even,’ zei een andere verkoopster en lachte. Ik gaf mijn bestelling stuk voor stuk door. De haringen op de zilverenschaal waren uitverkocht. Ik kreeg vers gesneden van het mes. ‘Uitjes en zuur erbij?’ vroeg de dame. ‘Doet u maar, dan is de haring compleet,’ zei ik. De warme vis werd apart ingepakt en toen mocht ik naar het pinapparaat lopen om de vis te betalen. ‘Alstublieft en prettig weekend,’ zei ze en reikte mij de twee pakjes vis. Nu al liep het water mij in de mond. ‘Fijn weekend,’ zei ik en verliet de winkel.