Henriëtte leest voor uit haar poëziealbums.
Henriëtte leest voor uit haar poëziealbums. (Foto: Willem Brand)

Vitale Haarlemmers: Henriëtte van der Horst (89) (1)

Willem Brand

HAARLEM - Het maatschappelijke en sociale leven staat door corona op zijn kop. Wat kunnen we van senioren leren? In deze rubriek praat Willem Brand met vitale oudere Haarlemmers.

Aan de muur in haar slaapkamer, achter haar bureau, hangt een meditatief schilderij van haar man Cees van der Horst: vage contouren van een hoge kathedraal met beneden menselijke figuurtjes. Hoe nietig is de mens, lijkt het te zeggen.


Stofjes

“Ja, we zijn stofjes in het immense heelal”, zegt Henriëtte van der Horst-Leenhouts (89). Na een uur praten pakt ze twee poëziealbums. Daarin staan met de hand geschreven gedichten en gezegdes die zij schreef in de periode dat haar man ziek was. Zij draagt een aantal voor. Haar stem is vast en krachtig. Haar gedichten geven haar en anderen houvast - en wat meer zorgen vaak voor mooie gesprekken.

Verliefd

Ze was 21 toen ze verliefd werd op de 24-jarige Cees die in de oorlog bij een wijnboer in Noord-Duitsland had gewerkt. Ze zongen beiden in het kerkkoor van de Baptistengemeente en trokken na hun trouwen in bij zijn ouders. “Zijn moeder was boekhoudster, ik hielp haar in het huishouden. We konden goed met elkaar overweg. Acht jaar hebben we ingewoond. Toen kregen we ons eigen huis.”

Heerlijk wijffie

Haar eigen moeder omschrijft ze als een ‘heerlijk wijffie’. “In de oorlog haalde ze kleding bij het Leger des Heils, trok die uit elkaar, waste de lappen en maakte er kinderkleding van. Daarmee gingen mijn twee oudere zussen en ik naar ‘De Noord’ op voedseltocht. Als we met te veel eten terugkwamen, deelde moeder dat met de buren. Eigenlijk was het een gelukkige tijd. Niet zeuren, morgen is er weer een dag, was haar devies.”


Cees en zij kregen zes kinderen. “De dood van onze jongste zoon, daar is hij nooit overheen gekomen. Op zijn negende is Stefan verongelukt, overreden door een vrachtauto. Negen jaar terug is mijn man overleden. Ik woon nu drie jaar in seniorencomplex Meerwijk.” 


Deel 2 volgende keer.