Het broedponton komt aan in de Balgzandpolder.
Het broedponton komt aan in de Balgzandpolder. (Foto: © DUTCHPHOTO/Hans van Weel)

‘We zijn supertrots op dit project'

Vervolg van de voorpagina.

Hovinga: "Door dit te volgen kunnen we straks beoordelen hoe succesvol deze pilot is en of het een goede investering is geweest om vogelsoorten als de visdief en noordse stern te ondersteunen. Met alle ervaring die we hebben denken we dat het heel goed uit gaat pakken." Volgens Hovinga zijn de visdief en noordse stern de twee doelsoorten omdat deze vogels graag in kolonies bij elkaar broeden op dit soort locaties omgeven door water. "De kans is groot dat ook soorten als de kokmeeuw, kluut, kleine plevier en scholekster zich zullen vestigen op de broedschuit. Al deze verschillende vogelsoorten hebben er geen enkele moeite mee om vlak naast elkaar op dezelfde plek hun eieren te leggen. De broedschuit is overigens 22 bij 5 meter, dus daar passen in potentie een heleboel broedvogels op!"

Trots

Gevraagd naar een reactie van Rijkswaterstaat vertelt projectleider Rick Hoeksema supertrots te zijn op deze pilot die voor de periode van drie jaar wordt ingezet. "We hebben dit project in een tijdsbestek van twee maanden van de grond gekregen en dat is mooi, want het is frustrerend om te zien dat de vogelstand zo hard achteruit gaat. En daar wil je wat aan doen. In de haven van Lauwersoog hebben we twee weken geleden het eerste broedponton te water gelaten en daar zit inmiddels een scholeksterstel te broeden. Dan begint het toch te kriebelen dat het gaat lukken. Kortgeleden hebben we een tweede dekschuit omgetoverd tot broedponton en deze is afgelopen week gearriveerd in de Balgzandpolder. Ook deze prachtige dekschuit is onder meer voorzien van gaas zodat de pulletjes er niet af kunnen vallen. We hebben met Lauwersoog en de Balgzandpolder bewust gekozen voor twee praktische en kansrijke plekken aan de rand van het wad. Inmiddels komen de sterns aan in Nederland, we zijn zeer benieuwd hoe snel ze gebruik gaan maken van de pontons."


De pilot wordt bekostigd met gelden uit de beheerpot van Rijkswaterstaat.