Uitgeest sluit 2020 positief af
UITGEEST - De gemeente Uitgeest maakt elk jaar een jaarrekening om te laten zien waaraan zij het afgelopen jaar geld heeft besteed en op welke manier er inkomsten zijn verworven. Over 2020 is er een positief resultaat van € 2,8 miljoen.
Wethouder Cees Beentjes licht toe: “Als je naar deze jaarrekening kijkt, zie je dat we flink wat geld overhouden over het jaar 2020. Dat komt met name door een eenmalige bijdrage uit de belastingen die de gemeente ontvangt van de netwerkbedrijven.”
Spaarpot
Het voordelig resultaat wordt grotendeels toegevoegd aan de spaarpot. Zo is er een stevige buffer voor handen om onverwachte tegenvallers op te kunnen vangen. De coronacrisis had in 2020 grote maatschappelijke gevolgen voor de inwoners, de ondernemers en de maatschappelijke organisaties van Uitgeest. Ook in financieel opzicht had de pandemie flink wat invloed. De gemeente heeft bijvoorbeeld de TOZO-regeling (Tijdelijke Ondersteuning Zelfstandige Ondernemers) uitgevoerd. Via deze regeling is circa € 1 miljoen aan financiële ondersteuning verleend aan ondernemers.
Rijkssteun noodzakelijk
Hoewel de financiën van de gemeente Uitgeest de komende jaren een positief beeld laten zien, zal Uitgeest zonder extra middelen van het Rijk niet in staat zijn om bijvoorbeeld een bijdrage te leveren aan de realisatie van de landelijke doelstellingen op het gebied van klimaat.
Voor een huishoudboekje dat blijvend in balans blijft, heeft de gemeente extra geld nodig van het Rijk. Dat geldt overigens niet alleen voor Uitgeest: voor omvangrijke dossiers als de jeugdzorg en klimaat hebben nagenoeg alle gemeenten structureel een hogere bijdrage nodig om hun taken naar behoren uit te kunnen voeren.
Wethouder Cees Beentjes: "Van alle kanten zijn er duidelijke signalen afgegeven dat gemeenten extra geld nodig hebben. Loopt dat spaak, dan dreigen er bezuinigingen. Maar dat is niet wat we willen. De bal ligt bij het nieuwe kabinet in wording. In Uitgeest verwachten we veel initiatief van de nieuwe regeringsploeg, met name op het gebied van Jeugdzorg en klimaat.”
