De plek van herberg De Rode Leeuw.
De plek van herberg De Rode Leeuw. (Foto: Gemeente Amsterdam)

Geschiedenis 'De Rode Leeuw' komt naar boven

NIEUW-WEST - Binnenkort wordt het perceel Sloterweg 711-715 met de stort van ruim 3 meter zand klaargemaakt voor de bouw van 5 zelfbouwwoningen. Deze ontwikkeling was voor de gemeentelijk archeologen aanleiding om de blik te richten op de geschiedenis van het terrein, die teruggaat tot de zeventiende eeuw, toen hier herberg ‘De Rode Leeuw’ was gevestigd.

Eén van de vroege wegen door het veen was de Sloterweg

Wie ooit als reiziger door het natte ommeland van Amsterdam trok, kon handig gebruik maken van het netwerk van ontginningsdijken dat in de late middeleeuwen was opgeworpen. Eén van deze vroege wegen door het veen was de Sloterweg, die zich vanaf de veertiende eeuw ontpopte tot een belangrijke verkeersader voor het snel groeiende Amsterdam.

Bedevaartsroute

Bepalend hierin was het Mirakel van Amsterdam in 1345, waarmee de Sloterweg onderdeel werd van de bedevaartsroute die pelgrims leidde naar de Heilige Stede aan het Rokin. In de eeuwen daarop vestigden zich langs de weg tal van herbergen en uitspanningen, voorzieningen waar reizigers hun paard konden stallen om iets te nuttigen of de nacht door te brengen.

Dronkemanshuisje

De herbergen in het buitengebied rond Amsterdam waren ook populair onder de stedelingen, die hier buiten bereik van de stedelijke accijnzen goedkoop konden drinken. In 1539 wist het stadsbestuur het accijnsgebied op het schenken van bier en wijn op te rekken tot ‘Halfweg Sloten’, halverwege de Sloterweg. Een slimme ondernemer vestigde pal buiten deze grens zijn herberg ‘de Rode Leeuw’, die op enkele zeventiende- en achttiende-eeuwse kaarten en tekeningen te zien is. De goedkope drank die in de herberg kon worden genoten, zal hebben bijgedragen aan de laat 18de-eeuwse naamswijziging naar het ‘Dronkemanshuisje’.

Tot in de vroege negentiende eeuw gold de herberg als een markant herkenningspunt halverwege de Sloterweg, waarna het werd overbouwd door een rijtje landarbeiderswoningen dat onlangs is afgebroken.

Opgraving

Archeologisch onderzoek op het terrein maakte de geschiedenis van de oude kroeg weer toegankelijk. Het centrale punt van de herberg was de gelagkamer, waar de kroeggangers bij de warmte van het haardvuur een pijp op konden steken, en waar spelletjes zoals dobbelen, knikkeren, en bikkelen werden gespeeld. Het liet allemaal zijn sporen na in het zandvloertje rondom de haardplaats.

Constructie

Een naastgelegen gebouw diende mogelijk als stal en werd al in de vroege zeventiende eeuw op houten stiepen geplaatst. Dit bijgebouw werd later opnieuw opgetrokken, zij het met een wat twijfelachtige constructie van hergebruikte dakpannen. De eenvoudige bouwwijze laat zien hoe op het zeventiende- en achttiende-eeuwse platteland vaak werd gewerkt met hergebruikte bouwmaterialen die toevallig voor handen waren. De sfeer in de Rode Leeuw zal er niet minder om zijn geweest. De resten zijn weer afgedekt, het echte archeologische puzzelwerk is begonnen.