Gemeenteraad verwerpt motie tegen windmolen
AlgemeenMotie tegen megaturbine nipt verworpen
Met een meerderheid van 21 tegen 18 stemmen heeft de Rotterdamse gemeenteraad een motie verworpen, waarin Leefbaar Rotterdam vroeg om af te zien van een megawindturbine op de Landtong Rozenburg. De Partij voor de Dieren stemde als enige oppositiepartij tegen de motie.
Door Kor Kegel
Namens Leefbaar Rotterdam benadrukte Geert Koster dat de gemeente geen enkele juridische verplichting heeft om de enorme windmolen op de Landtong toe te staan. De windmolen verpest volgens hem het recreëren in het Calandpark en de Begrazingsweide. De effecten op flora en fauna zijn nog niet onderzocht, zodat onduidelijk is of de windmolen er wel mag komen. Bovendien is behalve vanuit Rozenburg nu ook uit Maassluis en Brielle verzet gekomen tegen de 190 meter hoge windmolen, die met de wieken in de hoogste stand zelfs 235 meter hoog is. De flatbewoners langs Het Scheur in Maassluis vrezen de slagschaduw van de wieken in hun huiskamers. Ook het geluidseffect is een factor van belang, vindt Geert Koster. Hij noemde het streven naar een windmolen op die cruciale plek in de natuur a-sociaal.
Afzien van de windmolen en dan basta: geen verdere bebouwing meer op de Landtong. Dat was de strekking van de motie en het was een knipoog naar een vorig jaar aangenomen motie van het CDA, waarin stond: alleen nog die windmolen en dan basta.
Maar deze twee partijen, deel uitmakend van de coalitie met verder D66, GroenLinks, PvdA en ChristenUnie-SGP, vonden dat de windmolen er wel mag komen. CDA-fractieleider René Segers-Hoogendoorn wilde vasthouden aan zijn door de gemeenteraad aangenomen basta-motie: “Alleen nog deze windmolen. Daarna houden we de Landtong voor altijd groen.”
Wel benadrukte hij dat er serieuze participatie moet zijn. De gemeente en de geselecteerde exploitant van de windmolen, Pondera, moeten met de Rozenburgers in gesprek. René Segers wil dat de omwonenden niet alleen de lasten van de windmolen hebben, maar ook de lusten; ze moeten kunnen delen in de opbrengst.
VVD-fractievoorzitter Pascal Lansink-Bastemeijer wees erop dat de keuze voor windenergie op de Landtong Rozenburg is gemaakt door een vorig wethouderscollege, waarvan Leefbaar Rotterdam ook deel uitmaakte. Hij vond dat er wel draagvlak voor de windmolen moet zijn. De Rozenburgers voelen zich niet gehoord, constateerde Pascal Lansink. Zowel het CDA als de VVD wezen erop dat hun verkiezingsprogramma’s gaan over nieuwe windmolenplannen, maar niet over processen die al in gang zijn gezet.
Geert Koster repliceerde dat CDA en VVD nog wel anders gaan denken over de windmolen op de Landtong en dat Leefbaar Rotterdam al tot voortschrijdend inzicht is gekomen dat de windmolen daar ongewenst is.
D66-fractievoorzitter Chantal Zeegers zei de emoties van de omwonenden te begrijpen. Ze vond participatie zeer belangrijk. Ook moeten de omwonenden van de opbrengst kunnen profiteren. Ze vroeg naar een nieuwe milieu-effectrapportage en goed onderzoek naar de effecten op flora en fauna.
PvdA-raadslid Dennis Tak sprak zich uit voor de windmolen, want zijn partij wil tempo maken met de energietransitie omdat de klimaatverandering te snel gaat. Hij vroeg zich wel af of de hoogte van de windmolen zorgvudig is bepaald. De omwonenden moeten er financieel voordeel van hebben, zei hij.
GroenLinks-fractievoorzitter Lies Roest zei dat het partijprogramma uitgaat van groei van de windenergie in het havengebied en langs de kust en dat bestaande windmolens vervangen mogen worden door hogere “met oog voor de omwonenden”.
Haar partijgenoot, verantwoordelijk wethouder Arno Bonte, ontraadde de motie van Leefbaar Rotterdam. De motie ‘geen windmolen en basta’ is niet in lijn met de eerder aangenomen CDA-motie ‘alleen nog een windmolen en dan basta’,. Hij wilde niet wachten op nieuwe landelijke afstandsnormen voor windmolens, omdat de gemeente Rotterdam zelf al goede normen hanteert. Wel zal het college van B & W toetsen of Pondera aan alle vereisten en voorwaarden voldoet, zoals goed georganiseerde participatie. “De omgeving moet er goed in meegenomen worden. De precieze locatie van de windturbine moet nog bepaald worden. De voorkeurslocatie van Pondera is niet die van de gemeente, zei Arno Bonte. Hij drong aan op vijftig procent opbrengst voor de energiecoöperaties in de omgeving, eventueel door middel van een gebiedsfonds. Dat moet onderdeel zijn van de participatie, vond de wethouder.
Hij noemde een streven naar duizend windmolens in zee en honderd op het land, waarvan er nu zestig staan. Die ene op de Landtong is een van de overige veertig die er nog moeten komen. “Wind- en zonne-energie zij belangrijk voor een klimaatneutrale stad.”