Afbeelding
(Foto: Marco Meeuwisse)

Ouderdom

“Zijn deze plaatsen nog vrij?” Ik kijk een beeldschone dame van ver in de 80 in de ogen. Eén handgebaar is genoeg. Ze gaat zitten. Bedeesd gevolgd door haar man, ook op leeftijd. Ik schat 90 jaar. Een grote groep met Duitse tongval heeft kort daarvoor alle andere tafeltjes op het eerste dek van de Bep Glasius in bezit genomen en brengt de 3 overgebleven Nederlanders zo tot elkaar. Als ik mijn ogen kort sluit, waan ik me op een uitgelaten Duits schoolreisje. De ochtend van deze mooie fietsdag naar Nieuwehorne (Fr.) begon mooi. Vanuit Oudkarspel naar Enkhuizen, reed ik de opkomende zon tegemoet. Licht omfloerst door paars-oranje wolkjes. Spinnendraad danste over de wegen en een rietdekker stond om 5 voor zeven ‘s morgens in Zwaagdijk al te zingen op de steiger. Dromen kan ook overdag. Een half uurtje later is het geluid aan boord wat verstomd en dein ik mee op de bewegingen van het IJsselmeer. De ochtendzon is achter glas voelbaar. Ook al varen we nog zeker 45 minuten, Stavoren is aan de horizon in zicht. Het oudere echtpaar aan mijn tafeltje is intussen in gevecht met de mobiele telefoon. Het sturen van een foto via een Whatsappje aan één van de kinderen lukt niet. Op een hulpvraag leg ik uit dat ik ook geen bereik heb. Ze doet het af met “Leeftijd komt met de gebreken.” Mijn antwoord dat ik ze beiden dapper en vief vindt, wordt weggewuifd. De vrouw wil daarna alles van mij weten. Ze herhaalt al mijn antwoorden twee maal zo luid voor haar man. "Hij is een beetje omgevingsdoof, weet u.” Ze stoot mij even aan en vindt die Duitse grijze nomaden met elektrische fietsen luidruchtig. "Door hunnie hoort Jan helemaal niks meer. Dus ik geef het even door. Begrijpt u?” Ik antwoord: "Zegt u alsjeblieft ‘je'. Van ‘u' word ik meteen zo oud.” Ze lacht. Op mijn vraag of ze ook op de fiets zijn, vertelt ze dat ze op weg zijn naar de kinders in Workum. Als verrassing. Ze nemen straks de trein uit Stavoren. Als ze mij voor de zoveelste keer over het achterdek heen ziet turen vraagt ze: "Waar kijk je naar? Of je racefiets er nog staat?” Ze lacht om haar eigen grapje. Jan lacht mee. Ik zeg haar dat ik de Visdiefjes en andere sternen observeer. De één na de ander voert een duikvlucht uit. Nu en dan lukt het er één een door het schroefwater omhoog gemaald visje te pakken. Ze vraagt hoe ik weet dat dit visdiefjes zijn. Na een korte uitleg over mijn andere hobby, zeg ik op opgewonden toon: “Kijk zelfs een Zwarte Stern, die had ik hier niet verwacht!” Jan krijgt prompt de opdracht een foto te maken met de mobiel. "Dat gaat onze zoon in Engeland leuk vinden. Hij is ook vogelaar.” We zijn in de buurt van de aankomsthaven en het verzenden naar Engeland lijkt gelukt. Net als ik denk: ‘90 jaar en gewoon Whatsappen', kijkt Jan verschrikt op van het Whatsapp-antwoord. Hij verzucht "Verdorie Elly, ik heb het naar Workum verzonden. De verrassing is er al weer af.” Elly wendt zich nogmaals tot mij. "Ziet u nu! Ouderdom komt met gebreken.”