Betsy Torenbos (rechts) interviewde Nico Brandsen voor het theaterproject DNA Loosduinen. Ze was onder de indruk van zijn persoonlijkheid.
Betsy Torenbos (rechts) interviewde Nico Brandsen voor het theaterproject DNA Loosduinen. Ze was onder de indruk van zijn persoonlijkheid. (Foto: BT)

Herinneringen van Nico Brandsen blijven bewaard dankzij DNA-Loosduinen

Al twintig jaar reist Betsy Torenbos regelmatig de wereld over om verhalen van gewone mensen te verwerken tot theatervoorstellingen. Dat deed ze voor het festival 'Loosduinen gaat Los' ook met de verhalen van Loosduiners. Eén van hen, Nico Brandsen, overleed onlangs. Omdat zijn verhaal zo bijzonder én Loosduins is, volgen hier enkele passages. 

Door Ankie Driessen

“Ik werd overweldigd door Nico. Het was zijn uitstraling, postuur en grote mooie handen", vertelt theatermaker Betsy Torenbos. Een serie om 10 Loosduiners te portretteren was compleet, maar een beeld van deze man mocht niet ontbreken, wist ze meteen. Ze ontmoette Nico Brandsen in oktober in het WoonZorgPark Loosduinen aan de Willem III straat.

Betsy noemt het een cadeau, zo mooi als Nico kon vertellen. "Hij was 90 jaar. Had een goed maar bewogen leven geleid. Een sociale, fijngevoelige man. We hebben samen de video-opnamen kunnen bekijken. Hij stierf begin december."

Op 2 november werden de verhalen van de Loosduiners verwerkt in een eenmalige voorstelling van 'DNA Loosduinen' in de Abdijkerk. Hierin werden flarden gebruikt van de video-opnamen die Betsy maakte van haar voorbereidende interviews.

Nico hoopte met zijn verhaal iets van het verleden aan jongere generaties over te dragen. In de video-opname van Betsy vertelt hij: "Wij woonden in de Willem III straat. Ik stond als kind buiten naar de vliegtuigen te kijken. Het was oorlog. Ineens allemaal getik op het dak. Het waren kogels die Duitsers vanaf de molen schoten. Ik herinner het me goed. Later liep ik het poortje uit en liep tegen een soldaat aan op zijn fiets. Dacht: gewoon een mens, een jonge jongen!"
Hij vervolgt zijn verhaal: "We waren met z'n zevenen thuis. Mijn vader en één broer werden gevorderd en op transport gezet. Mijn andere broer was bij de NSB en werd later opgepakt. Ik heb in de oorlog een half jaar in Haren gewoond en gewerkt. Om aan te sterken. We hadden goed te eten. Ik had geen contact met mijn moeder. Ze was alleen met mijn jongste broer."

Ontploffing

Dat tieners niet altijd de gevaren overzien, blijkt wel uit het volgende verhaal van Nico. "Duitsland schoot V1 raketten op Engeland. Eén was hier in Loosduinen neergestort. Na de oorlog gingen wij, jongens van 15 jaar, naar die V1, zo groot als mijn huiskamer. De dynamiet hakten we los en staken we buiten aan. Het brandde alleen. Toen bedachten we om in de V1 zelf een vuurtje te maken. Hakken en vuur maken. Wij eruit met een rotgang, de greppel in. Ineens een ontploffing. Alle Loosduiners zaten ineens zonder glas en wij hadden dagen dove oren."
En of ze er iets van hadden geleerd..."Iets later kwam ik met twintig magnesiumbuizen thuis. Legde ze onder de vloer van ons huis. Mijn moeder was bang voor ontploffing en belde de politie. Militairen brachten de buizen in een kruiwagen naar het politiebureau. Die werd omgekeerd. De mensen daar zetten het op een lopen", vertelt Nico lachend. "Er gebeurde nooit wat, dus dit was leuk. Magnesium staken wij ook aan en daar trokken wij lijnen mee. Dan liep het vuur door. Een mooi gezicht."

'Vissen'

"Waar nu camping Ockenburg is, liep een sloot. Aan de andere kant lagen de Duitsers in bunkers. Ze gooiden later machinegeweren en handgranaten in de sloot. Voor mensen die een geweer wilden hebben gingen wij op blote voeten de sloot in. Zo haalde je een revolver, handgranaat of machinegeweer naar boven. Ene Koos kocht alles op. Wij wilden wel ‘vissen' want zo hadden we wat centen."
Mooie herinneringen had Nico later ook aan de Westlandse Stoomweg Maatschappij. "Locomotiefjes vervoerden groenten van de Haagweg door naar Monster. Soms kon je meerijden. Het onderhoud deed ik samen met de smid, een kunstenaar. Qua creativiteit heb ik toen veel ervaring opgedaan. Daardoor heb ik later met mijn gezin een boot kunnen bouwen die ik naar mijn moeder heb vernoemd."
"Nico, een man om van de houden”, sluit Betsy af.