DEN HELDER - Soms vraag je je toch wel eens af waar de op zoek naar fraaie stadsgezichten zijnde straatfotografen meenden een mooi plekje te hebben ontdekt.
Voor degenen die het oude Nieuwediep niet van haver tot gort gekend hebben, ligt hier toch wel zo iets als een zoekplaatje uitgestald. Toch is het tegendeel waar. Op de kaart staat wel aangegeven “Spoorgracht met gezicht op Ankerpark”, maar naast de herenhuizen in de Nieuwe Brugsteeg kijken we neer op de nederige woninkjes op de Achtergracht-Zuidzijde en op de kop van de Achterbinnenhaven. En de kenners van onze Pilo zien vast en zeker hun voorvaderen geschaard op en rond de leuningen van de Botbrug om over het lief en leed van alle dag te praten.
Zelfs de nijverheid mist in dit fragment niet
Natuurlijk ontbreken op de afbeelding de handkarren niet. Ze betekenden in de goeie ouwe tijd het vervoermiddel dat bij uitstek geschikt was om wat de zee gaf naar de plaatsen van bestemming te vervoeren. Zelfs de nijverheid miste in dit fragmentje van een bijzondere buurt niet. In het pandje, links met dat puntdakje was een schoen-en laarzenmakerij gevestigd. En als een paal boven water staat natuurlijk dat deze handwerkman als brugwachter ook nog wat inkomsten genoot. Want de Botbrug waarop we hier neerzien moest vanwege het pittig drukke scheepvaartverkeer in het Helderse kanaal nog al wat keren per dag bediend worden. Het is allemaal achter de rug zogezegd.