Afbeelding

Trotseerloodjes

Over het fenomeen trotseerloodje is weinig literatuur te vinden. Alles wat je erover leest is terug te voeren tot het boek ‘Meestertekens op het dak’ van P.P. Steijn. Omdat daklood niet uit zichzelf op de plaats blijft worden grote stukken van dit materiaal vastgespijkerd. De spijker brengt echter een kleine beschadiging aan. Om lekkage te voorkomen wordt daarover een plaatje lood gesoldeerd. Het zogenaamde trotseerloodje bestaat uit platte stukjes lood, vaak in schild-of madaillonvorm gegoten.

Trotseren betekent weerstaan of het hoofd bieden. In dit geval wordt het regenwater getrotseerd. De oudst bekende trotseerloodjes dateren uit het einde van de 16e eeuw. In het boek van Steijn is te lezen dat binnen de Alkmaarse grenzen het wapen van Alkmaar een grote rol heeft gespeeld als afbeelding op de loodjes. Maar tijdens de restauratie van het hofje Paling en Van Foreest in 1985 werd een trotseerloodje gevonden waarop een ooievaar was afgebeeld. Dit loodje uit 1890 was afkomstig van loodgieter Ooyevaar.

De ambachtsman van vroeger maakte dus via de loodjes reclame voor zijn bedrijf. Door middel van een mal, een soort wafel-ijzer, goten ze hun handelsmerk in lood. Een verwijzing naar hun naam, vestigingsplaats of een afbeelding van een stuk karakteristiek gereedschap. Tevens werden naast het jaartal waarin het loodje werd aangebracht ook de naam of de initialen van de ambachtsman gegoten. Wie goed kijkt en het oog richt op het lood van daken kan nog menig trotseerloodje traceren. Voor de voorbijganger die niet noodzakelijk op het dak moet zijn zitten ze vaak te hoog om de reclame goed te kunnen waarnemen, maar wie inzoomt met een fototoestel kan nog redelijk wat tevoorschijn toveren, zie bijgaande foto’s.

Ans Hagenbeek, HVA