De mijnenuitkijkdienst in de Koude oorlog
De na de capitulatie van Duitsland, snel verslechterende toestand tussen het Westen en de Sovjet Unie besloot de marinestaf in 1947 een mijnenuitkijkdienst op te richten.
De Koninklijke marine ging er vanuit dat, indien de zogenaamde Koude Oorlog, zou omslaan in een in echte oorlog de toegangen tot de havens van Rotterdam door een vijand geblokkeerd zouden worden door middel van het leggen van zeemijnen. Er werd verwacht dat de mijnen voornamelijk door vliegtuigen zouden worden afgeworpen. Deze dienst bestond tot 1974 en had de taak om het plaatsen van zeemijnen door vijandelijke schepen of vliegtuigen waar te nemen met behulp van speciaal meet en peil apparatuur. Deze dienst opereerde van uit de Berghaven en de bunkers Hamburg en Bremen in het Vinetaduin. Het Nederlands Militair Kustverdedigingsmuseum beschikt in bruikleen over een originele Peloris opstand. Helaas ontbrak de Peloris meetschaal. Maar de inventieve vrijwilliger van de stichting Jan van Dijk is het gelukt om een Pelorisschaal te reconstrueren en op de originele paal te plaatsen. Deze paal en uitgebreide informatie over de Mijnen Uitkijk Dienst zijn onderdeel van de exposities over de Koude Oorlog in Bunker Hamburg.
Bunker Hamburg en Bremen zijn iedere zaterdagmiddag van 13.00 tot 16.00 uur geopend. Ook op de Bunker Dag 3 juni. Tickets voor bunkerdag zijn op 3 juni verkrijgbaar bij de ingang van het Vinetaduin aan de Strandweg naast de Metro oversteek.