Afbeelding
(Foto: )

Op de pijp met... Aad Fioole

Algemeen

Even pauze. Even op de pijp. Bakkie doen, praatje maken. Met en over bijzondere Westlanders. Westlanders met een verhaal. Over Westlandse waarden, en over heden, verleden en toekomst. Deze keer praten we met: Aad Fioole.

Tekst: Esdor van Elten / Foto’s: Ton van Zeijl

Aad Fioole (79) kijkt met plezier terug op alles wat hij in zijn leven gedaan en bereikt heeft, maar kan er op een gegeven moment ook een streep onder zetten. Dat geeft hem ruimte op om nieuwe dingen te doen. Zo begon hij niet al te lang geleden nog met zang- en pianolessen. “Zingen brengt mij heel veel.” Aad is (al bijna 57 jaar) getrouwd met Anja. Samen hebben ze twee kinderen en vijf kleinkinderen. Ze wonen in Naaldwijk.

Fioole, bijzondere naam…

Die naam gaat terug tot 1712. Een zekere Hansz Viole, een Pool met Nederlandse roots, besloot naar Nederland te gaan. We kunnen de geschiedenis van dan af volgen tot nu. Zelf ben ik geboren in Oudewater, 50 meter van de Heksenwaag, in een gezin met vijf zoons. Mijn vader was slager. Daar waren er teveel van in een kleine stad als Oudewater, dus toen ik 13 was emigreerden we naar Den Haag, waar mijn vader een slagerij had overgenomen.

Emigreren… zo voelde dat echt?

Alsof ik in een andere wereld kwam.

En toen je naar het Westland kwam?

Toen ik op de LTS zat in Den Haag moesten we niet zoveel van Westlanders hebben: ‘boeren zijn dat’. Na de LTS wilde mijn vader dat ik naar de MTS zou gaan, maar ik wilde werken. Achteraf had hij natuurlijk gelijk en heb ik in de avond nog MTS, HTS en talrijke cursussen moeten doen. In ieder geval, na een korte periode als timmerman bij mijn oom ging ik in militaire dienst. Voor veel mensen een nutteloos intermezzo maar ik heb het als waardevol ervaren om te leren hoe je mensen zover krijgt dat ze doen wat je van ze vraagt. Je doet ook mensenkennis op en je leert om vol te houden. (Hoewel je dat ook wel leert als je in de winter in de kou in een emmer met varkensbloed staat te roeren, maar dat terzijde). Ik zwaaide af als sergeant en werd bedrijfsleider bij een klein bouwbedrijf en daarna werkvoorbereider bij Intervam. In 1968 kwam ik via via bij Van Mierlo in Wateringen terecht want dat lag nog ‘veilig’ tegen Den Haag aan. Toen ik ging werken met Westlanders ging ik ze ook waarderen. We verhuisden zelfs naar het Westland, Naaldwijk, en daar wonen we nog steeds. De sfeer in Westland deed me denken aan Oudewater. Saamhorig.


Je bent uiteindelijk voor jezelf begonnen…

Dat was een langgekoesterde wens waarvoor ik ook de nodige opleidingen gedaan had. Een maand voor mijn tienjarig jubileum bij Van Mierlo besloot ik de stap te wagen en stichtte WEBA: Westlands Bouw en Aannemersbedrijf. Het eerste grote project dat we opleverden was het bedrijfspand van Boksman aan de Grote Woerdlaan. We hebben ook vele andere mooie projecten gedaan binnen en buiten het Westland. Bijzondere projecten die me bijgebleven zijn, zijn de renovatie van Amicitia en de herbouw van het historische Catsheuvel in Den Haag en niet te vergeten de winkelgalerij in de Rembrandtstraat in Naaldwijk.

Daar heb je ook boekjes van gemaakt zie ik…

Ja, van een aantal zaken uit mijn leven heb ik (foto)boeken gemaakt. Werkgerelateerd, zoals deze projecten, maar ook over mijn diensttijd en over mijn hobby’s, zoals de Auto-Biografie over mijn oldtimers.

Je bent een ervaren autorestaurateur? Ik ben ooit begonnen met aan mijn brommer sleutelen, en zo gaat het dan verder. Mijn eerste auto was een oud Fiatje 500, waar ook steeds wel wat mee was. Auto’s restaureren heb ik 25 jaar gedaan. Een hobby die me ook hielp afstand te nemen van werk. Niet alleen restaureren, ook rally’s en toertochten rijden, al ben ik nooit lid van een club geworden. De eerste auto die ik restaureerde was een Citroën Traction Avant uit de jaren ‘50, hoewel ze al in de dertiger jaren gemaakt werden. In die tijd een revolutionair ontwerp met voorwielaandrijving en zelfdragende carrosserie. Mijn vader had er één. Door de jaren heen heb ik 17 oldtimers gehad. Nu is er daar nog één van over, en die ga ik ook verkopen. Een NEKAF leger jeep uit 1956.

Doet dat geen pijn?

Ik heb geen moeite om van dingen afscheid te nemen. Niet van mijn werk, niet van mijn boot, en ook niet van mijn auto’s. Ik kijk met genoegen terug op die periodes, maar ze zijn geweest en ik hou er niet aan vast. Ik kan er simpel een streep onder zetten. Want ik heb de herinnering nog.

Ook onder je bedrijf dus…

In 2007 heb ik het bedrijf verkocht aan twee van mijn directeuren. Daarvoor, in 2003, had ik de leiding al aan hen overgedragen. Ik was toen 59 en wilde het rustiger aan gaan doen. Toen WEBA in 2014 failliet ging, was dat voor mij wel even slikken, maar ik had al wel afscheid genomen en zag het dus niet zozeer als de ondergang van mijn levenswerk. Maar ik ben trots op wat we gebouwd en bereikt hebben.

Je heb nooit stilgezeten…

Nee, niet tijdens mijn arbeidzame leven en ook niet erna. Ik heb verschillende maatschappelijke functies bekleed, zoals voorzitter van de Kerkrentmeesters van de Gereformeerde Kerk en lid van het Curatorium van de Interconfessionele Scholengemeenschap Westland, oftewel het ISW. Ook verschillende werkgerelateerde zaken, zoals bestuurslid van de Industriële Kring Naaldwijk en van de Federatie Bedrijfsleven Westland. Ik was 27 jaar lid van Rotary Club Westland en nu nog van de Past Rotarianclub Westland, en momenteel ben ik ook nog steeds bestuurslid van de VvE van mijn appartementencomplex. Tijdens mijn werkzame leven was er zeker ook tijd voor skiën, zeezeilen, varen met onze motorboot en reizen. En, sinds een paar jaar, zang.


Hoe kwam je ertoe om te gaan zingen?

Ik werd op een gegeven moment door dirigent Jos Vranken gevraagd om mee te doen in een projectkoor dat kerstliedjes zou gaan zingen. Daar had ik veel plezier in. Zoveel zelfs dat toen de kerstperiode voorbij was ik in een ‘gat’ viel. Ik kreeg de kans om mee te doen in de Lucas Passion,

Die hoor je niet vaak…

Nee, die werd toen ook alleen maar in Hoorn en Naaldwijk opgevoerd. Verder nam ik zangles bij Annemarie Verburg in Maassluis. En zo kwam van het één het ander. Ik heb in verschillende kerkdiensten als solist gezongen en werd vervolgens gevraagd door het koor ‘Kunst voor het Volk’ in Honselersdijk om een kleine rol als solist te zingen in een komische opera. Reden voor een journalist om mij tot ‘Pavarotti van het Westland’ te bombarderen. Afgelopen weekend heb ik met Erwin Rommert Weerstra enkele solo’s mogen zingen met professionele muzikanten in het programma “Oude Kerk Klassiek” in Naaldwijk.

Blijkbaar heb je talent?

Ik heb vooral passie en enthousiasme denk ik. Ik vind het leuk om iets nieuws te doen. Anderhalf jaar geleden ben ik begonnen met pianolessen. Niet zozeer vanwege de piano zelf, maar om me te helpen bij het zingen. Ik heb wel gemerkt dat in de paar jaar dat ik zing mijn bereik wel steeds groter is geworden.

Wat brengt zingen jou?

Heel veel. Het helpt me concentreren. Daarnaast moet je natuurlijk je teksten leren, dus dat is ook goed voor je hersenen. Een belangrijk element in het zingen is ook dat je jezelf uit. Dat heeft te maken met ademhalingstechniek, maar ook met expressie. Je moet echt je ziel en zaligheid erin leggen, want dat klinkt door in je stem. Als Papageno in Die Zauberflöte zing je de rol van een vrolijke twintiger. Momenteel zing ik als project koorlid mee in de Matthaüs Passion. In de rol van het boze volk moet je echt venijnig zingen.

Een solocarrière op je tachtigste?

Dat gaat niet gebeuren, want daar gaat veel te veel tijd in zitten en ik heb nog andere dingen te doen. Mijn dagen zijn echt wel gevuld. Ook hier geldt: het is leuk zolang het duurt, en als het straks niet meer gaat dan laat ik het los en geniet dan nog van de herinnering!