Verduurzamen monumentale panden is maatwerk
Het is een onjuiste veronderstelling dat de Commissie Cultureel Erfgoed Maassluis (CCEM) vele verduurzamingsaanvragen afkeurt. Dat stellen de wethouders Denise Mulder (Maassluis Belang) en Sjoerd Kuiper (PvdA) in reactie op schriftelijke vragen van de VVD-fractie over de verduurzaming van historische en/of monumentale panden in Maassluis.
Chrit Wilshaus
Volgens de collegeleden toetst de CCEM de aanvragen aan de gemeentelijke Welstandsnota 2012 en – indien van toepassing- aan de algemeen geldende richtlijnen voor de omgang met monumenten bij restauratie en verduurzaming. In 2018 zou er geen negatief advies zijn gegeven, in 2019 één, in 2020 helemaal geen en in 2021 en 2022 zou het gaan om één negatief advies. Verder spreken Mulder en Kuiper tegen dat er sprake zou zijn van rigide afwijzen. ‘Wel komt het voor dat er aanvragen gedaan worden die in strijd zijn met de Welstandsnota 2012. Maar in dat soort gevallen zijn er meestal wel oplossingen te bedenken.’
Diverse voorbeelden
Daarnaast wijzen de wethouders erop dat het verduurzamen van monumentale panden altijd maatwerk is. ‘De CCEM toetst bij verduurzaming vooral of een plan geen ontoelaatbare afbreuk doet aan monumentale waarden maar ook of het plan geen risico op vervolgschade oplevert. Er zijn trouwens diverse voorbeelden van verduurzaming van monumentale panden in Maassluis te geven.' Zoals de verbouwingen van de voormalige Minister de Visserschool en het voormalige My Fair Ladypand tot woningen.
De portefeuillehouders benadrukken in hun beantwoording bovendien dat omgevingsvergunningsaanvragen voor monumentale en/of historische panden in het Beschermd Stadsgezicht niet worden beoordeeld door de Welstandscommissie maar door de CCEM.
De adviezen van beide commissies zouden bijna altijd worden opgevolgd.
