Beyza, Emma, Feline, Laura en Lisa schaatsten ver en 'hart'.
Beyza, Emma, Feline, Laura en Lisa schaatsten ver en 'hart'. (Foto: Robbert Zeemeijer)

Vijf toppers van DVIJC schaatsen meer dan één Elfstedentocht voor Stichting Hartekind

Afgelopen zondag 19 maart stonden Beyza, Emma, Feline, Laura en Lisa namens team DVIJC op het ijs om per persoon 30 rondjes te schaatsen.

Zij deden dat vanwege de door stichting Hartekind samen met Zeeuw en Zeeuw georganiseerder tweede editie van de 'Hartekind skate' in de Uithof Den Haag. 

De toppers van DVIJC hadden hun dertig rondjes al na een half uur verreden en de meiden konden er niet genoeg van krijgen. Na een clinic van topschaatser Joy Beune van Team IKO hadden ze helemaal de smaak te pakken. Aan het eind van de middag stond de teller op totaal 650 rondjes, dus 260 km! Hiermee hebben zij ruim 2600 euro opgehaald voor Stichting Hartekind. Wat een super prestatie!

Hartekinderen

Jaarlijks horen 1.500 kersverse ouders dat het hart van hún kindje niet helemaal gezond is. Hun kind is één van de meer dan 25.000 hartekinderen in Nederland; kinderen met een hartafwijking. Ongeveer tweederde van deze hartekinderen moet vlak na de geboorte één of meerdere levensreddende operatie(s) ondergaan. Bovendien hebben hartekinderen vaak een kortere levensverwachting en beperkingen door hartfalen, hartritmestoornissen en/of opgelopen hersenschade. En nog altijd overlijden jaarlijks ook 150 hartekinderen, waarmee een hartafwijking doodsoorzaak nummer 1 is onder kinderen tot 15 jaar. Daarom zet Stichting Hartekind zich met hart en ziel in voor het vergroten van de overlevingskansen van hartekinderen en het verbeteren van kwaliteit van leven. Stichting Hartekind financiert levensbelangrijk onderzoek, organiseert/ ondersteunt evenementen en initiatieven voor dit doel en geeft voorlichting aan ouders.


‘Het was zo vreemd, zo onnatuurlijk angstig’

Twaalf geallieerde bommenwerpers willen op 18 maart 1943 hun bommen werpen op de Witol aan de Heldringstraat, de oliefabriek die op dat moment in handen is van de Duitsers. Maar dat gaat ontzettend mis en in korte tijd wordt een gedeelte van de oude binnenstad vernield door hevige branden. Achttien mensen komen om het leven.

Chrit Wilshaus

Verder vallen er vier zwaar- en 50 lichtgewonden, worden 86 woningen vernield en raken er 225 lichtbeschadigd. De Groen van Prinstererschool, waar de doden worden opgebaard, wordt vier dagen na het bombardement geraakt. Door een wonder ontsnappen 300 leerlingen daarbij aan de dood. Tijdens datzelfde bombardement wordt één van de slachtoffers van het bombardement van 18 maart begraven en moeten rouwenden dekking zoeken achter de zerken.

Achttien rozen

Vorige week zaterdag was het precies 80 jaar geleden dat het bombardement, dat lang als vergissingbombardement werd aangeduid, terwijl het dat niet was, plaatsvond. In de Groote Kerk en bij het monument van Leen Droppert werd daarom een herdenking gehouden.

Oorverdovend

Verder waren ook ooggetuigenverslagen te horen. Zoals dat van Hendrik van Antwerpen. De eerste burger bedankte de aanwezige kleinkinderen voor dit bijzondere verhaal van hun grootvader. Hendrik zit in 1943 op de Dr. Abraham Kuyperschool. Als hij ‘s middags uit school komt, moet hij altijd eerst brood halen bij Van der Veer op diezelfde kade. Pas daarna mag hij buitenspelen. Op 18 maart dat jaar komt hij net aan op Marktbrug als de sirene op het politiebureau op de Markt oorverdovend begint te loeien. Bovendien klinken er daverende klappen. ‘Het was zo vreemd, zo onnatuurlijk angstig’, aldus Hendrik van Antwerpen jaren later. Hij herinnert zich verdwaasd in de portiek van de boekhandel te hebben gestaan. Mensen rennen voorbij en schreeuwen naar elkaar maar Hendrik heeft niet door dat er een bombardement aan de gang is. Ik had maar één gedachte: terug naar huis.’

Alles in lichterlaaie

‘Na voldoende moed verzameld te hebben, rende ik over de brug en kwam onder de dekking van een rijtje winkelpanden en belandde in de portiek van beddenwinkel Van Oosten. Iedereen wist mij later te vertellen hoe oerstom ik was geweest om juist in die portiek te schuilen. Boven me, achter me en aan beide zijkanten stond alles in lichterlaaie. Alleen ik merkte er niets van.' De laatste 50 meter rent hij naar huis waar zijn grootmoeder hem onderaan de trap, de volgens hem veiligste plek van het huis staat op te wachten. Ik kreeg een behoorlijk standje: had ze al niet honderd keer gezegd dat ik direct naar huis moest komen als de sirene loeide?' (Lees meer op www.rodi.nl/maassluis).

Op 18 maart dit jaar was het precies 80 jaar geleden dat Maassluis werd gebombardeerd door de geallieerden. Daarbij vielen achttien doden.