Harry de Raad bij de in 2006 teruggevonden funderingsresten van de Rode Toren.
Harry de Raad bij de in 2006 teruggevonden funderingsresten van de Rode Toren. (Foto: Fotostudio Wick Natzijl / Nikki)

Oud-archivaris Harry de Raad schrijft overzichtswerk Alkmaars Beleg


Vervolg voorpagina

Achterlopen

Kijkend naar Leiden en Haarlem, waar het beleg ook een belangrijke rol speelde, loopt Alkmaar achter in de geschiedschrijving. "De Spaanse bronnen waren eigenlijk helemaal niet nieuw. Ze waren in de negentiende eeuw ook al bekend”, vertelt Harry. "De archivaris Gachard uit België gaf toen een boek uit met correspondentie met Filips de Tweede. Evert Masdorp, die halverwege de negentiende eeuw een boek schreef over het beleg, die had de boeken van Garchard gelezen, maar dat waren samenvattingen van de brieven. Hij wist dus niet wat er precies in stond.” De volledige bronnen werden ook niet gebruikt in 1973 toen er een overzichtswerk verscheen vanwege 400 jaar Alkmaar Ontzet. "Dat werk was heel degelijk opgesteld door hoogleraren en bevatte een mooie uitgebreide studie van oud-gemeentearchivaris Fasel over de ontzetviering in de loop der eeuwen. Toch was het boek wel een haastklus, het verhaal over het beleg was vrij beknopt.”

Genuanceerd verhaal

Harry heeft voor zijn boek alle bronnen opnieuw en volledig bekeken, en het verhaal opnieuw en vollediger verteld. Door het samenvoegen van al deze bronnen ontstaat er volgens Harry een gedetailleerd en meer genuanceerd verhaal van het Alkmaarse beleg. En voor dat genuanceerde verhaal is het ook wel tijd, vindt Harry. “In de negentiende eeuw wilde mensen niet kijken naar de minder leuke kanten, de zwarte bladzijden, als je het zo noemen wilt, want het was de tijd van het nationalisme. We wilden juist laten zien hoe heldhaftig we waren in Nederland.” Die instelling zorgde er wel voor dat het verhaal werd gestuurd vanuit de overwinnaars.

'Ik benoem wel de minder leuke kanten'

Maar een oorlogsverhaal bestaat uit winnaars en verliezers, en alles ertussenin. Er waren geen conventies van Geneve, afspraken over humanitaire oorlogsvoering. “Zowel de geuzen als ook de Spanjaarden waren wreed in de oorlog, bijvoorbeeld voor krijgsgevangenen, al je ze al zo kon noemen”, vertelt Harry. “Die werden gewoon opgeknoopt. Dan waren ze niet meer lastig en was het gelijk opgelost.” Harry vertelt met zijn boek niet alleen het verhaal van de Alkmaarders tegenover het Spaanse leger, ook de verhoudingen van Alkmaarders onderling komt aan bod. “In Alkmaar heeft het stadsbestuur lang getwijfeld: gaan we ons overgeven of verdedigen? En laten we de geuzensoldaten toe? Het schuurde ook tussen de katholieken en protestanten, want hoe ga je eendrachtig en verenigd vechten als er mensen zijn die deels op de hand van de Spanjaarden zijn? Dat speelde allemaal mee.” Ondanks de verdeeldheid vocht men gezamenlijk tegen de Spaanse troepen. "Het ging nu om leven of dood. Of je katholiek was, protestant of mennoniet, speelde even geen rol." 

Met zijn boek doet de Harry de Alkmaarse heldhaftigheid niet tekort, zo stelt hij, "maar ik benoem wel die minder leuke kanten van de geschiedenis waar we misschien minder trots op zijn." Toch blijft voor Harry het Alkmaars beleg nog steeds een inspirerend voorbeeld. "Het laat zien dat vrijheid niet vanzelfsprekend is en steeds opnieuw bevochten moet worden.”