Afbeelding

Tulpenkoorts

Wat komt er het eerst bij u op bij het woord ‘tulpenkoorts’? De lente, de bloembollen, de keukenhof of de tulpenkoorts in Alkmaar in februari 1736? Waarschijnlijk niet het laatste, terwijl dat er wel degelijk is geweest. Niet alleen in Alkmaar; ook in steden als Amsterdam, Haarlem, Enkhuizen en Hoorn ontstond tulpenkoorts. De aanleiding is zuiver economisch, uiteraard, en hedendaags nog steeds gangbaar en actueel.

Er werd aanvankelijk gehandeld in bloeiende tulpen, daarna in tulpenbollen en tenslotte de handel in bollen die nog in de grond zaten. Ofwel: van verzamelen naar handel naar speculatie. De prijzen, en dus ook de winsten, liepen rond de jaarwisseling van 1735/1736 fors op. Speculanten verkochten de in de grond zittende bollen meerdere keren door in de hoop op steeds grotere winsten. Betaling vond pas plaats als de bol werd geleverd. Maar uiteindelijk werden die bedragen nooit betaald.

Een belangrijk persoon in het Alkmaarse netwerk van kwekers en handelaren was Wouter Barthelomeusz. Winckel. Maar hij en zijn vrouw Elizabet Harmans Cop overleden kort na elkaar in juli 1636, waarschijnlijk aan de pest. De drie achtergebleven kinderen waren allesbehalve armlastig, want in de maanden na het overlijden van Winckel waren de prijzen meerdere malen verdubbeld. Bij de veiling op 5 februari 1736 werd er voor 90.000 gulden zijn verhandeld. Dit zou nu ruim 1,1 miljoen euro zijn. Maar begin 1637 werd de markt onrustig, het was het einde van de hausse.

Wilt u meer weten? Bezoek dan de tentoonstelling in Museum De Zwarte Tulp in Lisse. En wilt u alleen van heel veel verschillende tulpen genieten, bezoek dan vanaf medio maart de Poldertuin in Anna Paulowna.

Henk de Kruik, HVA